Zelfhulpgroepen en federaties in Ethiopië - Reisverslag uit Twijzel, Nederland van Margot Greef - WaarBenJij.nu Zelfhulpgroepen en federaties in Ethiopië - Reisverslag uit Twijzel, Nederland van Margot Greef - WaarBenJij.nu
VIP-Report

Zelfhulpgroepen en federaties in Ethiopië

Door: Margot de Greef

Blijf op de hoogte en volg Margot

03 Maart 2024 | Nederland, Twijzel

Zaterdagnacht 27 januari kwamen mijn reisgenoten alsnog aan in Addis Ababa. Mijn bodyguards, zeiden ze zelf. Na het ontbijt vertrokken we van Addis Ababa naar Sodo. Een chauffeur legde in een busje de rit met ons af. Hij gaf een dame een lift. We volgden een andere route dan gebruikelijk. Dit om onveilige gebieden te vermijden wegens het conflict tussen Oromo en Amharen. We reden over een snelweg langs Debre Zeit naar Mojo en vandaar naar Ziway. Verder naar Shashamane en Hawassa. De chauffeur had er flink de vaart in. In de stad waren kerkdiensten gaande. Er stonden of zaten vele mensen bij de kerken, gekleed in witte sluiers. In Debre Zeit wonen veel Nederlanders, die er kippenboerderijen, zuivelfabrieken en kassen hebben opgezet. Rijen kassen gingen er aan ons voorbij, voor de export van bloemen. In deze omgeving liggen vele meren. Er ligt een spoorweg naar Djibouti, vanwaar producten verscheept worden. Om minder afhankelijk te worden van de haven van Djibouti, erkent Ethiopië als enige land in de wereld Somaliland als een onafhankelijk land. Somaliland heeft ook een haven. In ruil voor een aandeel in Ethiopian Airlines mag Ethiopië gebruik maken van deze haven.

De dame werd algauw wagenziek. Een stop langs de weg om alles schoon te maken. De snelweg hield op. Er liepen kamelen langs de weg. In Hawassa hebben we gegeten, bij Habtishi Meichu Durishame Mine. Op de vloer van het restaurant lag gras. We aten geroosterd geitenvlees. Dat werd op een soort houtskool stelletje op tafel gezet, met injera. En daarna gekookte geit, ook met injera. We liepen een klein eindje en gelijk liepen er kinderen heel opdringerig en aanhoudend naast ons te bedelen.

Na Hawassa sloegen we af bij Morocho naar de Hawassa-Sodo weg. Hier en daar zijn enorme industrieparken opgezet. Het landschap veranderde. Het ging van geel, dor en droog naar groener en bananenbomen. Toen huizen opgetrokken uit een raamwerk van takken, de muren aangesmeerd met gras en modder, soms met een kalklaag erop en daarna in diverse kleuren geverfd. De grond wordt verstevigd met uitwerpselen van koeien. Het zijn, hoge, smalle huizen. Er volgde een bochtige weg, met prachtige uitzichten. Zo hier en daar is de grond door erosie deels weggesleten.

Abyssinië, zo werd Ethiopië vroeger genoemd. Na het communisme kwamen de Tigray aan de macht, hoewel ze een kleine groep zijn. Daarna de Oromo, nog steeds. Eén partij regeert. De provincies hebben veel macht. Het zuidelijke district is recent verdeeld in vier districten, zonder conflict. Het is makkelijker om te verdelen dan om eenheid te vinden. Sociale verzekeringen en pensioen zijn alleen beschikbaar voor mensen die in de formele sector werken. Salarissen zijn laag en inflatie is hoog. Lage salarissen dragen eraan bij dat mensen criminele activiteiten ondernemen om geld te verdienen.

Rond kwart voor vier waren we in Sodo. De chauffeur reed heel erg hard. Hier verbleven we in Abebe Zeleke international hotel, een gebouw met 5 verdiepingen. Op zondag vinden er veel bruiloften plaats, dus die zijn we onderweg meermalen tegengekomen. Auto’s versierd met linten, tuterend, een fotograaf in de laadbak van een pickup vooraan de stoet. Ook bij het hotel was het grasveld ingericht voor een trouwerij. Die begon pas toen het bijna donker werd en er opeens een dreigende lucht op kwam zetten. Dat veranderde heel snel, van strakblauw naar donkergrijs. Een fontein leek speciaal aangezet te zijn voor de bruiloft.

In Sodo is het kantoor gevestigd van Wolaita Kale Heywet Church/Terepeza Development Association (WKHC/TDA), partner van World Servants. Terepeza betekent tafel en verwijst naar het samenkomen om problemen aan te pakken. Tadesse die bij deze organisatie werkt, kwam ons ’s avonds even begroeten. Hij meldde ook gelijk dat er wegblokkades werden aangekondigd, wegens mislukte vredesonderhandelingen. Het conflict heeft te maken met macht in de regering.

Ook in Sodo werden we wakker met het geluid van gezang bij naburige kerken. Maandagochtend werden we naar het kantoor van TDA gebracht, op een mooi, ruim terrein gelegen net buiten Sodo. Daar bevinden zich eveneens de kantoren van WKHC, de regionale kerk, plus gastenverblijven. We maakten kennis met deze en gene. Er werd koffie gedronken. Ethiopië exporteert eveneens koffie. Bij de koffie wordt soms wierook gebrand.

We ruilden het busje in voor een LandCruiser, mij welbekend van de tochten in Haïti. Het uitzicht was de moeite waard. Ik heb genoten van de rit. Wat een fantastisch mooi land, wat een prachtig natuurschoon, wat een schepping. Elk land is uniek. Dit lijkt me wel een ingewikkeld land.

In de auto hele verhalen. We vroegen van alles over TDA en de zelfhulpgroepen, waarvan de eerste in 2010 zijn opgericht. Naast Tadesse was ook zijn collega Mesfin met ons op pad. Zij zullen de groep gaan ontvangen. TDA heeft heel wat programma’s lopen en werkt samen met vele organisaties, van Canadian Food Grains Bank tot Tearfund en de overheid van Noorwegen. Er wordt werk gecreëerd voor jongelui, vooral in landbouw. Zelfhulpgroepen functioneren als een soort corporaties. Mensen die bij elkaar in de buurt wonen, vormen samen een zelfhulpgroep en leggen elk een geldbedrag in om zo onderling microkredieten te kunnen verstrekken. Er worden eveneens gezamenlijk andere activiteiten ondernomen. Net als in Haïti hebben deze mensen geen toegang tot banken. De leningen worden gebruikt voor kleine handel, dieren, of zaden. Een zelfhulpgroep bestaat gemiddeld uit 15 personen. Een aantal zelfhulpgroepen samen vormen een cluster level association. De cluster level associations worden op hun beurt verenigd in een federatie. Voor deze federaties worden gebouwen gerealiseerd, die gebruikt worden voor opslag van oogst (zoals bonen en maïs), documenten, maar ook voor trainingen en bijeenkomsten. Vooral het opslaan van oogst is belangrijk. Dan kan er tijdens de oogsttijd tegen een lage prijs ingekocht worden en in het laagseizoen kan de oogst vervolgens tegen een hogere prijs verkocht worden.

We volgden de Chida-Sodo weg. Er wordt flink aan de weg gewerkt, wat voornamelijk uitbesteed is aan Chinese organisaties. Langs de weg zagen we veel cassave groeien. Hier is veel vraag naar, zowel voor eten als industrie. Tot Bele was de weg geasfalteerd. Daarna werd het onverhard. Ik voelde me bijna weer in het Noordwesten van Haïti. Heel interessant. Nu even geen scholen, maar microkrediet en corporaties, waar ik bekend mee ben. Ik bleef om me heen kijken naar al het moois. Prachtige berglandschappen trokken zich aan ons voorbij.

Onze bestemming was Hanaze. De chauffeur parkeerde de auto en daarna moesten we een eindje lopen over een smal pad naar het stuk grond dat gereserveerd is voor de bouw van een kantoor voor de federatie. We hadden een staande ontmoeting met enkele vertegenwoordigers van het dorp (vijf mannen), inclusief de burgemeester en een voorzitter. Het valt voor hen niet mee om zolang de grond vrij te houden voor dit gebouw. Ze wachten al jaren. Ik kreeg als enige een stoel, plus een stoel voor m’n rugzak. En er kwam zelfs iemand naast me staan met grote bladeren die hij van een boom had gehaald om me schaduw te bieden...

Een mooi, klein dorp. Prachtige omgeving en uitzichten, ook vanaf de beoogde bouwgrond. We bezochten eveneens mogelijke accommodatie bij een kerk. Ik had wat hulp nodig om de heuvels op en af te komen. Hier staan gebouwen van hout en modder, al zijn ze heel anders gebouwd dan wat ik andere landen heb gezien. Bijzonder hoe elk land z’n eigen manier van bouwen heeft, ook met dezelfde materialen. Toen we het dorp uitreden, bekeken we ook nog een middelbare school, met 1.000 leerlingen.

Van Hanaze gingen we terug naar Bele, voor een maaltijd van injera met vlees en saus. Daarna bezochten we een stuk grond in Bele, wat een grotere plaats is. Ook hier was de burgemeester aanwezig en nog een aantal gegadigden. En ook hier werden een kerk en school bezocht voor mogelijke accommodatie.

TDA werkt aan livelihoods, landbouw, ‘natural resource management’, bodembescherming, anti-erosie, bomen planten, installeren van water en sanitair bij scholen. De overheid investeert in wegen, gezondheid en onderwijs. De meeste ziekenhuizen worden gerund door de overheid.

Vanaf Bele reden we naar een meer, om te kijken of een groep hier een boottocht zou kunnen maken. Een schitterende omgeving. Je wilt er niet zwemmen, gezien de aanwezigheid van krokodillen (en steile wanden).

Terug in Bele nog een koffie stop. Vervolgens keerden we terug naar Sodo. Het was warmer deze dag, aangezien we ons op een lagere hoogte bevonden. Naast huizen zagen we ronde hutjes staan voor de opslag van granen. Grond kan door de overheid ingenomen worden, die de enige eigenaar is van grond. Ook auto’s kunnen in beslag genomen worden. Internationale organisaties staan onder stricte controle.

De volgende dag ging Mesfin met ons op pad. Tadesse zou de ambassadeur van Noorwegen ontvangen. Ook niet onbelangrijk. In Sodo waren vele blauw-witte taxi’s te signaleren, openbaar vervoer op motordriewielers. Buiten de stad volgepakte ezels. We reden naar Baqulo Segno. Een onverharde weg, vrij vlak, maar met stenen. Nu reden we door een bosachtige omgeving. Eerst tanken. Er zijn veel benzinepompen maar er is weinig brandstof, omdat de overheid niet de benodigde hoeveelheid inkoopt. Bovendien wordt er op de zwarte markt verkocht.

We kwamen door een plaats die als ‘de stad van de profeet’ werd aangeduid. Onze bestemming was Baqulo Segno. Baqulo betekent muilezel en Segno betekent maandag. Dit is gerelateerd aan de marktdag op maandag. We gingen eerst naar het kantoor van de plaatselijke overheid, waar we een aantal mensen ophaalden. Vandaar begaven we ons naar de grond waar dit jaar een groep van World Servants mee gaat bouwen aan een kantoor voor een federatie. Wederom een staande bijeenkomst, met een man of 20. We spraken een aantal vertegenwoordigers van de federatie, de burgemeester en andere afgevaardigden van de overheid. De federatie wil gezamenlijk de stemmen van de zelfhulpgroepen laten horen bij de overheid en zo lobbyen. Ook willen ze leden aan dienstverleners verbinden.

Voor de bouw van de kantoren heeft de overheid grond beschikbaar gesteld. Dit is een gift van de overheid. Tijdens onze bijeenkomst werd het document officieel overhandigd door de plaatselijke overheid aan de federatie. Er groeit nu cassave op het land. Daarvoor heeft de overheid compensatie betaald aan de boer die de cassave heeft geplant. Het is een prachtige locatie, met mooi uitzicht op de bergen rondom. Ook hier werd een bezoek gebracht aan de kerk waar de groep gaat overnachten en aan een school die is gebouwd op een stuk grond dat in eerste instantie voor de federatie beschikbaar was gesteld. Het is een mooi dorp, met een kliniek en een achthoekige kerk, een bank en andere diensten.

Vandaar reden we naar Gesuba town, Offa district. Het was een mooie route. Er moest een brug overgestoken worden met een gat midden in de weg. In Gesuba kregen we bij een restaurant een smakelijke maaltijd, van injera en brood met maïs, bonen, groente en vlees. Daarna bezochten we de federatie van Gesuba. In de coronaperiode is hier zonder groep een kantoor gebouwd. Zo’n 35 mensen zaten op ons te wachten. De bijeenkomst werd begonnen met gebed. Een van de leden van de federatie las 1 Johannes 5:1 en sprak over onvoorwaardelijke liefde, ook tussen TDA, World Servants en de federatie, als broeders en zusters. Het Onze Vader werd gebeden, door ieder in z’n eigen taal.

De mensen vertelden over het belang van het gebouw voor hun federatie. Ze komen uit verschillende dorpen, hebben een sterke band en zetten zich in voor het realiseren van hun visie, ondanks problemen. “Als er eenheid is, kunnen we wonderen teweeg brengen.” De kleine geldbedragen die door leden ingezameld worden, betekenen veel. De zelfhulpgroepen hebben hen sterker gemaakt op sociaal en economisch gebied. Er zijn zelfs huizen gebouwd voor mensen met een handicap en andere mensen die door de samenleving aan de kant gezet worden. De leningen worden gebuikt om handel op te zetten, geld te verdienen, leningen terug te betalen, kinderen naar school te sturen, ziektekosten te betalen. Er wordt training gegeven en veel geleerd.

Na het gesprek kregen we een rondleiding door het gebouw. Er is een grote ruimte waarin oogst opgeslagen kan worden. Daarnaast zijn er een aantal kleinere ruimtes voor opslag van documenten, administratie en bijeenkomsten. Ook zijn er toiletten gebouwd. De omgeving is opnieuw schitterend. Voordat we vertrokken, kregen we koffie en popcorn. In het dorp werden veel karren gesignaleerd die getrokken worden door ezels, met iemand op de kar staand.

We reden terug naar Sodo. Via een nieuwe asfaltweg waren we er al snel. Ethiopië heeft van de ene op de andere dag de import van auto’s op fossiele brandstoffen verboden. Er mogen enkel nog elektrische auto’s geïmporteerd worden. Maar er stonden al een heleboel auto’s te wachten in de haven in Djibouti. Bovendien zijn er geen laadstations, dus de auto’s kunnen enkel opgeladen worden met een generator. Dat lijkt toch voorbij te gaan aan het doel.

Woensdag brachten we door op het kantoor van TDA. Elektriciteit valt regelmatig uit, dus de generator ging aan. Aangezien dit de eerste keer wordt dat TDA een groep gaat ontvangen, was er nog heel wat te bespreken. Toen we het hadden over kleding en juwelen, zei iemand van TDA: “Wij geloven dat God ons zo geschapen heeft, dus moeten we niet proberen het te verbeteren.” Een mooie instelling.

Aan het eind van de dag brachten we een bezoek aan Sodo Christian hospital. Mooi terrein, ruim opgezet. We bekeken het in de eerste plaats zodat we weten waar de groepen in geval van nood naartoe kunnen. Maar we maakten ook van de gelegenheid gebruik om te proberen een nieuwe dop te krijgen voor een van de krukken. Het eerste gebouw dat we inliepen, was leeg. Het was al na vijven, iedereen was weg. We werden een andere kant opgestuurd. Orthopedie was ook al weg maar we konden bij een apotheek in de straat kijken. Vlak om de hoek was inderdaad een apotheek, genaamd ‘Amen farmacie’. En zowaar; een nieuwe dop voor de kruk!

Donderdag zouden we terug naar Addis Ababa, maar het was nog onduidelijk of de weg vrij was. Woensdag was de weg geblokkeerd. Bussen reden niet. Die dag is een busje uitgebrand en de passagiers zijn doodgeschoten. Als alternatief probeerden we vliegtickets te boeken van Hawassa naar Addis Ababa. Dat lukte niet. Uiteindelijk werd de wegblokkade opgeheven en konden we toch rijden. We vertrokken vroeg in de ochtend. Eerst nog ontbeten. Er ging regelmatig iets verkeerd bij de bestellingen, maar dat mag de pret niet drukken. We reden door de bergen naar Hawassa en zijn het erover eens dat het een fantastisch mooi land is. Uitzichten op Rift Valley.

In Hawassa gingen we tanken. De chauffeur wou eten. Hij wilde vroeg vertrekken maar vervolgens stopte hij meermalen onderweg, om te eten, papaja te kopen, wc stop, gezicht wassen, water kopen. Hij had boter bij zich uit Sodo, een specialiteit. In Hawassa zagen we mensen van een lokale stam lopen, speer in de hand, dierenvel op de rug.

We reden weer langs Bubula industrial park en de kassen bij Adami Tulu. Dat is de grootste rozenteler ter wereld. Er werken maar liefst 20.000 mensen. Anders dan op de heenreis kwamen we nu meerdere militaire controleposten tegen, van het leger van Oromo. Weer kamelen. Veel afval op straat. Productie van houtskool. Roofvogels te zien in de lucht, even slaand met hun vleugels, dan stilhangend.

Bij Debre Zeit (Bishoftu; ‘olie berg’) gingen we van de snelweg af. Een van de reisgenoten heeft hier een aantal jaren gewoond. We reden langs de luchtmacht naar Dreamland, een hotel/resort aan een van de meren, met een prachtig uitzicht op Lake Bishoftu. Nu met bebouwing erlangs, tien jaar geleden zonder bebouwing. Een man peddelde op een bootje bestaande uit een rubberen band. We hebben hier gegeten en een sappetje gedronken. Een hele mooie locatie en interessant om deze plaats te bekijken, waarover ik al veel had gehoord.

We gingen de snelweg weer op, het laatste stukje naar Addis Ababa. Mooi uitzicht op de stad. Tegen het einde van de middag waren we terug bij guesthouse SIM. ’s Avonds zaten we beneden in de ‘woonkamer’. Documenten en foto’s uitwisselen, maar ook omstebeurt even piano spelen.

Vrijdagochtend hadden we een afspraak bij de Nederlandse ambassade. Een mooi, ruim terrein, met bomen en bloemen in perken. Addis Ababa is het centrum voor ambassades in Afrika. Een mooi, houten gebouw, de vorm van Nederland erin geëtst, rood/bruine kleur. Een goed gesprek gehad, interessant en de moeite waard. Veel zorgen zijn voor mij herkenbaar van de context in Haïti, inclusief ontvoeringen, inbraak en overval, angst en vrees, wegblokkades.

De middag hadden we vrij. Rond twaalven verlieten we het guesthouse te voet. Een collega van een van m’n reisgenoten voegde zich bij ons. Hij nam ons mee naar Finfine restaurant. Onverwacht een historisch pand; dit is het restaurant waar Haile Selassie at en gasten ontving. Een houten, oud gebouw met karakter en historie. Zelfs de plafonds waren mooi bewerkt. Het nationaal paleis staat er vlak naast. Dat wordt nu gebruikt door de president. We aten injera met allerlei vleessoorten. Toen ik naar de wc ging, stonden er twee vrouwen te evangeliseren. Je beleeft wat.

We probeerden het paleis te zien, maar daar waren werkzaamheden gaande en het was hermetisch afgesloten. Via een nieuwe weg liepen we naar een uitzichtpunt tussen Friendship park en Unity park. Het zijn echte lanen, met bomen geplant in het midden en aan de kanten. Vanaf het uitzichtpunt keken we uit op de stad met z’n hoogbouw. Wat een contrasten, van hoogbouw naar huizen van modder. We probeerden Unity park in te komen. Uiteindelijk werd ons de ingang gewezen, ondergronds. Er moet toegang betaald worden, alleen is de prijs voor buitenlanders vier keer zoveel als die voor Ethiopiërs. We wilden kijken of het wat is voor een groep, maar haakten af. Er zat een winkelcentrum aan vast, dus daar hebben we een ijsje gegeten.

Vervolgens zochten we de ingang naar Friendship park. Ook daar moet je betalen om naar binnen te mogen maar hier waren de prijzen schappelijker. Ik mocht alleen niet naar binnen met een fototoestel dus wachtte totdat de heren een ronde hadden gewandeld. Het was een mooie wandeling en absoluut de moeite waard, kwamen ze melden. Ik zag intussen de ene na de andere auto binnenrijden, voor fotosessies (waar apart voor betaald werd).

Daarna liepen we terug naar het guesthouse. Het was een stralende dag, met een strakblauwe lucht en een vrolijk ons verbrandende zon. ’s Avonds namen we een taxi naar restaurant Belvedere, een Italiaans restaurant en tip van een andere collega van m’n reisgenoot, die ons opwachtte. Een interessante taxirit, in druk verkeer. Het restaurant was nog gesloten. Twee gingen nog wat regelen en ik bleef met een ander achter. We kregen netjes een krukje aangeboden in een winkeltje, om te zitten wachten. Daar heb ik vervolgens gemalen koffie gekocht, om de smaak van Ethiopië mee te nemen naar Nederland.

Een Italiaans restaurant dus, gerund door Italianen. Bijzonder dat er blijkbaar geen aversie is tegen Italianen, ondanks de bezetting. Voor leden van de orthodoxe kerk zijn woensdag en vrijdag vastendagen. Dan mag je bijvoorbeeld geen vlees eten. Deze gewoonte is gerelateerd aan het Oude Testament.

We gingen terug naar het guesthouse en vertrokken ’s avonds laat naar het vliegveld. De rit ging vlot, in een uitgestorven stad met verlichte gebouwen. We hadden niet dezelfde vlucht. De heren brachten me netjes naar mijn gate, bij Ethiopian Airlines, en gingen daarna naar hun eigen gate. Met de bus naar het vliegtuig. Tot op het laatst flinke fysiotherapie, met het beklimmen van vele trappen.

We vlogen over Eritrea, Saudi Arabië, Egypte, Turkije, Griekenland, Bulgarije, Servië, Hongarije en landden in de vroege ochtend in Wenen, Oostenrijk. Ook hier met de bus en trappen op en af om het volgende vliegtuig in te stappen. Ik ging weer twee uur terug in de tijd. Toen we in Amsterdam landden, was er een technisch probleem met de instapbrug. Uiteraard... Dus moesten we via een wiebelige trap aan de achterkant het vliegtuig uit en weer een andere trap op om alsnog in de loopgang te komen. Wat een trappen in deze weken. Dat valt extra op als het moeite kost om ze op en af te komen.

Met de trein van Schiphol naar Twijzel. Het zit erop, deze reis. Het was een mooie, goede reis. Zulke andere werelden, zo dichtbij elkaar.


  • 09 Maart 2024 - 19:15

    Klaas Ypma:

    Hallo Margot,

    Het waren weer bijzondere gebeurtenissen die je hebt meegemaakt. Ik vond het een bijzonder verslag. Iedereen heeft Gods bewarende hand iedere dag nodig, maar jij vooral in alles wat jij daar meemaakt.

    Gods zegen toegewenst op je werk.

    Hartelijke groet van Klaas Ypma.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

VIP-member
Margot

Micha 6:8 Hij heeft u bekendgemaakt, o mens, wat goed is en wat de HEERE van u vraagt: niet anders dan recht te doen en getrouwheid lief te hebben, en ootmoedig te wandelen met uw God.

Actief sinds 20 Maart 2008
Verslag gelezen: 313
Totaal aantal bezoekers 624026

Voorgaande reizen:

12 April 2008 - 30 November -0001

Mijn eerste reis

Landen bezocht: