Gesprekken, dieren, schoolopening, ontwikkelingen - Reisverslag uit Kenscoff, Haïti van Margot Greef - WaarBenJij.nu Gesprekken, dieren, schoolopening, ontwikkelingen - Reisverslag uit Kenscoff, Haïti van Margot Greef - WaarBenJij.nu

Gesprekken, dieren, schoolopening, ontwikkelingen

Door: Margot de Greef

Blijf op de hoogte en volg Margot

15 Maart 2020 | Haïti, Kenscoff

Het jaar 2020 is tot nu een veelbewogen jaar. Zozeer dat er van schrijven nog weinig terecht is gekomen. Op dit moment is heel de wereld in de ban van het corona virus. Hoewel de ziekte officieel nog niet geconstateerd is in Haïti, is dit wel het geval in het buurland, de Dominicaanse Republiek. Church World Service heeft alle internationale reizen voorlopig geschrapt. De grens tussen Haïti en de Dominicaanse Republiek gaat met ingang van morgen dicht en al het vliegverkeer wordt stilgelegd, behalve naar Amerika, vooralsnog. Een maand lang geen vluchten vanuit Europa naar Amerika. Vorig jaar was er sprake van ‘land op slot’ in Haïti wegens politieke redenen, maar nu gaan er overal in de wereld ‘landen op slot’ wegens gezondheidsoverwegingen. Vergaande gevolgen, op dit moment nog niet te overzien. Ik wens een ieder in Nederland gezondheid toe, neem de nodige voorzorgsmaatregelen en neem de ziekte serieus.

De eerste dag terug op kantoor na de jaarwisseling begon met twee onverwachte mededelingen. Ten eerste kreeg ik te horen dat we een onverwachte, aanzienlijke gift hebben ontvangen van de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen (mormonen). In de maand december heeft dit kerkgenootschap in diverse landen een actie gehouden via automaten, waarbij mensen bijvoorbeeld schoolboeken, een dier of medische spullen konden ‘kopen’. Church World Service is een van vijf organisaties waarvoor geld ingezameld is. Specifiek is er geld ingezameld voor de aanschaf van schapen en varkens in Haïti. Dit betekent dus dat ik me de afgelopen tijd in schapen en varkens heb verdiept. Vele mensen gebeld en ontmoet; organisaties, overheidsinstanties, landbouwdeskundigen, etc.

Het tweede nieuws was dat collega Rony zijn ontslag indiende. Na 7.5 jaar komt er deze maand een einde aan onze samenwerking.

Januari was een maand van vele ontmoetingen en gesprekken. We spraken iemand van de Episcopal Church over Haiti Advocacy Working Group, een groep die na de aardbeving is begonnen om te lobbyen voor een goede besteding van fondsen afkomstig uit Amerika voor de wederopbouw in Haïti. In februari nam ik deel aan een van de vergaderingen van deze lobbygroep om te vertellen over het werk van Church World Service in Haïti en andere geïnteresseerden te zoeken voor lobby omtrent kindertehuizen.

Tevens diverse bijeenkomsten van ACT Alliance. Daarbij is lobby voor stevige bouw van huizen en scholen op de jaarplanning gezet. CWS is gekozen als nieuwe vice-voorzitter van ACT Alliance in Haïti. Samen met andere leden van ACT Alliance (Norwegian Church Aid, Lutheran World Federation, Diakonie Katastrophenhilfe, World Renew) hebben we werk bezocht dat na de aardbeving is verricht in de omgeving van Gressier. Het was een hele delegatie, met 25 personen. Eerst bezochten we een ‘modeldorp’ nabij Gressier. We spraken het comité dat verantwoordelijk is voor het beheer van het dorp, inclusief het inzamelen van bijdragen van de 150 woningen voor water (waarvoor een reservoir is gebouwd met een pomp die werkt via een generator en dus constant brandstof nodig heeft) en afval (wat in principe wekelijks opgehaald werd, totdat de afvaltruck van de gemeente in de protesten van eind vorig jaar is afgebrand). Hoewel de huizen er goed onderhouden uit zien, opgefleurd door planten op de veranda’s, zijn er diverse aspecten die niet gelopen zijn zoals gepland. Zo heeft nog geen van de gezinnen de beschikking over de eigendomspapieren. De grond is ter beschikking gesteld door de overheid. Een deel van de grond ligt op een helling en omwonenden hebben gedreigd dat stuk in beslag te nemen, aangezien het niet ommuurd is. Er worden pilaren in het dorp gezet om stroom aan te leggen, maar het is een minderheid van de inwoners die de nodige bijdrages betaalt voor elektriciteti, water en afval. Vanaf het dorp is er een mooi uitzicht op zee. Er is eveneens een dorpscentrum, met een watertank die niet functioneert en een speeltuin waarvan de meeste toestellen kapot zijn. Van de 150 gezinnen die na de aardbeving naar dit dorp kwamen, zijn er slechts 60 over en 13 huizen staan leeg. Het probleem is dat de gezinnen hier pas geselecteerd zijn na de bouw en dus hebben ze niet bijgedragen aan het proces.

Vervolgens reden we naar Leogane, Deslandes, waar we een put en waterpomp bezochten die een waterreservoir vult en 3 waterkiosken, een school en 12 families van water voorziet. Dit is een samenwerking met DINEPA, de overheidsinstantie die verantwoordelijk is voor water. De school in Deslandes is vlak na de aardbeving eerst tijdelijk herbouwd met een structuur opgetrokken uit plywood. Het risico hier is echter dat ‘tijdelijk’ permanent wordt en inderdaad is het vertrek nog steeds in gebruik, voor 3 klassen. Daarnaast is een nieuwe school van betonblokken gebouwd, inclusief handenwasgelegenheid en een biovergister. Het probleem hier is echter dat de school verlaten is. Er was een conflict met de directeur en die is vertrokken, met de leerlingen.

In Leogane bespraken we de indrukken van de dag en aten we met elkaar. Op de terugweg bezochten we nog een waterpomp en reservoir in Grande Saline. Ik kon de rijstijl van de chauffeur niet echt waarderen. Vijf auto’s reden achter elkaar en probeerden bij elkaar te blijven. Vooral in de wijk Bicentenaire haalden de chauffeurs rare fratsen uit. Aan het eind van de dag kwamen we veilig en wel weer terug. Dit bezoek vond plaats in het kader van 10 jaar na de aardbeving. Op 12 januari 2020, exact tien jaar na de aardbeving van 2010, heeft de regering aangekondigd welk architectenkantoor het winnende ontwerp voor het nieuw te bouwen paleis mag gaan uitvoeren.

Voor de 27e verjaardag van Steven leverde ik bij hem thuis een kartonnen taart af met 27 bananen en bananenmuffins, aangezien hij van bananen houdt. Vlak naast hun huis bezocht ik samen met Wisly zijn neefje, een jochie van 3 jaar die geboren is met een open rug en waterhoofd en epilepsie heeft. Hij kan niet zelfstandig zitten maar omdat er geen speciale stoel voor hem is, wordt hij in een teil met kussens geplaatst. Zijn medicijnen moeten koel bewaard blijven. Bij gebrek aan elektriciteit betekent dat een gekoelde thermosfles. Hij is gezegend met liefhebbende ouders maar de zorg voor een gehandicapt kind is zwaar en des te meer in Haïti, waar de overheid geen hulp biedt. Ze krijgen ook weinig bezoek of hulp van de buren. Een eenvoudige blijk van belangstelling kan dan al van grote waarde zijn.

Sinds 13 januari is het mandaat van 2/3 van de senatoren en gedeputeerden verlopen, waardoor president Jovenel Moïse nu per decreet regeert. Een deel van de senatoren was het er niet mee eens dat hun mandaat beëindigd werd, omdat ze hun volledige termijn nog niet uitgezeten hadden.

In diezelfde week reisden collega’s Rony en Patrick naar het Noordwesten voor gesprekken met het provinciale kantoor van het Ministerie van Onderwijs, met de directeur en ingenieur van de gemeente van Jean Rabel, een bezoek aan een basisschool in Baguette en aan het waterwerk met KED in Dupre. KED verstrekt vanaf januari dit jaar leningen voor beroepsonderwijs. Er zijn vier jongelui begonnen aan een opleiding. Bij KED bezochten ze tevens een aantal gezinnen in de woningen die CWS na orkaan Matthew gebouwd heeft. Een van de vrouwen huilde toen ze vertelde hoeveel het huis voor haar betekent. Ze zei dat mensen haar beschimpten en hadden gezegd dat ze nooit een huis zou hebben, nadat haar woning was ingestort. “Jullie weten niet wat voor groots jullie voor me gedaan hebben, maar God zal het jullie terugbetalen.” Een indringend getuigenis dat duidelijk het belang van dit werk op waarde schat.

Intussen had ik in Port-au-Prince de nodige ontmoetingen met deze en gene. Een interessant gesprek met Lambi Fund, waarbij we ervaringen uitwisselden op het gebied van visserij, training, waterreservoirs, varkens, schapen, ziektes en voedsel voor dieren. Schapen kunnen enkel op lokale markten gekocht worden dus dat gaat een interessante opgave worden. Transport is een andere uitdaging. Eveneens een gesprek met Service Chrétien d’Haïti over veehouderij van schapen en varkens. Schapen in Haïti hebben geen wol. Verder wordt het vlees weinig genuttigd, omdat schapen als onschuldige (heilige) dieren beschouwd worden.

Op een zaterdag een gesprek met Fondasyon Limyè Lavi, hoewel een van de drie ons kantoor niet kon bereiken omdat hij die ochtend uit Jacmel kwam en er geschoten werd in de wijk Martissant, waar hij doorheen moest, dus keerde hij om. Het kantoor van Fondasyon Limyè Lavi is in Jacmel, waar ze in diverse dorpen werken op het gebied van kinderrechten, met name om restavèk tegen te gaan. Ook verschaffen ze microkredieten en dieren aan ouders om ze te helpen in hun levensonderhoud te voorzien. Ze hebben diverse trainingen georganiseerd voor onze partners in het Noordwesten.

Aansluitend aan dit gesprek naar Rebecca, directrice van MCC. Samen met haar gezin is ze inmiddels teruggegaan naar Amerika, dus we aten ter afscheid samen. Toen ik vervolgens onderweg naar huis ging tanken, stond er bij de benzinepomp een politieagent te kijken naar de auto. Uiteindelijk keek ik terug en zag dat het een bekende was, die ik een aantal jaren geleden heb aanbevolen voor een studiebeurs voor theologie. Hij was toen al jarenlang getrouwd maar zijn vrouw kreeg telkens een miskraam. Inmiddels heeft hij de studie afgerond en hebben ze drie gezonde kinderen. Geweldig om te horen. En ook om te zien dat hij bij de politie blijft werken, wat geen makkelijke sector is.

CWS is lid van CLIO, een netwerk van nationale en internationale organisaties. Ik bracht een bezoek aan Malteser, een Duitse organisatie die ook lid is van CLIO. We wisselden ervaringen uit op het gebied van visserij en veehouderij. Malteser ziet visserij, varkens, geiten en bijen als een alternatief voor het beschermen van mangroves en aanpassen aan klimaatverandering.

Ik had tevens een goed gesprek met World Relief. Hun koffieprogramma in Thiotte is inmiddels afgelopen, hoewel de koffieproductie gelukkig doorgaat. De komende jaren richten ze zich op gezondheid van moeders en nutritie. We spraken over kindertehuizen, training voor docenten en microkrediet, maar ook problemen met angst en machtsmisbruik. Terwijl vele Haïtianen hun land verlaten om elders een beter leven te zoeken, heeft de directeur van World Relief, Haïtiaan van geboorte maar opgegroeid in Amerika, er samen met zijn vrouw voor gekozen om terug te keren naar hun geboorteland en zich daar in te zetten. Daar heb ik alle respect voor.

Collega Patrick heeft sinds 20 januari geprobeerd een verklaring van goed gedrag aan te vragen. Daarvoor moest hij eerst naar het belastingkantoor, maar hun papieren waren op, dus moest hij naar een andere locatie. Dat kostte een hele dag. 23 januari ging hij met dat papier naar DCPJ, een kantoor van justitie/politie. Er is tegenwoordig enorme vraag naar verklaringen van goed gedrag en per dag ontvangen ze maximaal 100 aanvragen. Om bij de eerste 100 te zijn, moet je er akelig vroeg zijn. Patrick was er om half 6 ’s ochtends en desondanks was hij nummer 58. De enige reden dat hij bij de eerste 100 zat, was omdat het regende en daardoor veel mensen het kantoor niet konden bereiken. Er waren mensen die al zes keer gekomen waren en telkens te laat. Er zijn mensen die vlakbij in hun auto slapen of in een kerk overnachten. Er zijn mensen die om 4 uur ’s ochtends aankomen en tot 11 uur buiten moeten wachten. Ze werden nu enkel binnengelaten omdat het regende, hoewel er binnen niet voldoende ruimte is om zoveel mensen te ontvangen, dus eigenlijk hadden ze iedereen weg willen sturen. Diep triest. Alles is ingewikkeld, ook de dingen die eenvoudig zouden moeten zijn. Hetzelfde geldt voor belasting betalen. Een journalist ging vrijwillig belastingaangifte doen en schreef een artikel over zijn ervaringen. Hij moest tot vijf keer toe terugkomen bij het kantoor. Nergens staat het proces aangegeven. Patrick kreeg te horen dat hij 13 maart de papieren op kon komen halen, dus bijna twee maanden later. Hij heef die dag uren buiten moeten wachten in de zon en het stof, om vervolgens te horen te krijgen dat de papieren nog niet klaar waren. Er kon hem ook niet verteld worden wanneer ze nou wel klaar zijn, hij moet maar gewoon nog een keer terugkomen en weer tijden wachten. Dat terwijl hij van iemand die er werkt, weet dat het document er al weken ligt en de persoon die er een handtekening op moet zetten is er ook. Een vrouw huilde omdat ze al een jaar lang probeert een verklaring van goed gedrag te krijgen. Geen manier om mensen te behandelen.

De dag na Patrick z’n bezoek aan DCPJ was het mijn beurt, alleen hoefde ik gelukkig niet ellendig vroeg er te zijn. Wij kamen onze verblijfsvergunning verlengen. Dat ging dit keer zowaar onverwacht en bijzonder vlot. Het kostte wat moeite om binnen te komen want er stond inderdaad een rij mensen te dringen, maar voor verblijfsvergunningen konden we zo naar binnen. Een maand later waren de documenten gereed.

Het is een zoeken naar een route zonder al teveel oponthoud in het agressieve, intimiderende verkeer. Files, volledig geblokkeerde kruispunten omdat niemand een ander voor wil laten, kruiwagens volgeladen met goederen voor de markt, motoren kriskras er tussendoor die links en rechts inhalen, voetgangers, manden koopwaar, en ook een verdwaalde geit, varken of koe. En dan natuurlijk nog de kuilen en gaten in de wegen of de zelfgemaakte verkeersdrempels. Een truck waarvan de remmen niet meer werkten, reed op een muur om een school in. De muur viel om, verwondde zes kinderen en doodde één.

Ik had een afspraak bij Food for the Poor, die een enorm terrein en kantoor blijken te bezitten. Food for the Poor werkt voornamelijk met religieuze leiders. Ze zijn actief op het gebied van landbouw en veehouderij, bouw van huizen en scholen, water, visserij en voedseldistributie. Vreemd genoeg werken ze met niemand samen, noch met organisaties, noch met overheidsinstanties. Hun bouw vindt plaats met bouwbedrijven die van buitenaf komen.

Nog een afspraak, bij Plan International. Wederom een goed gesprek. Plan International werkt voornamelijk met kinderen, hoewel ons gesprek meer ging over veehouderij. Ik leerde over problemen omtrent voedsel, incest, gebrek aan kennis, transport. “Ze behandelen dieren als dieren,” zei mijn gesprekspartner. Geiten worden hier in het algemeen aan hun poten vastgebonden en op hun kop aan een auto vervoerd.

Online een gesprek met collega’s uit Noord-, Centraal-, Zuid-Amerika, Afrika en Azië omtrent de giften van de mormoonse kerk en de dieren. Het is een andere manier van werken want CWS gaat normaalgesproken in gesprek met organisaties in de dorpen waar we werken om te kijken wat de noden en behoeftes zijn, maar in dit geval hebben we schapen en varkens die we moeten aanbieden. We hebben besloten het te presenteren als een antwoord op de huidige voedselcrisis, voornamelijk in het Noordwesten. Daarbij heeft de overheid specifiek hulp gevraagd in de vorm van dieren.

Dinsdag 28 januari reisden we voor het eerst sinds augustus vorig jaar weer naar Grand Anse. Dinsdag vertrok een eerste team en woensdag volgde de rest, voor een bijzondere gelegenheid: de officiële opening van de school in Cassavon, met vier maanden vertraging. Gelukkig is de school al wel gewoon sinds september in gebruik. Wegens wegblokkades konden we er echter nog niet eerder komen om deel te nemen aan de opening.

Rony, Roseline, Wisly en ik vertrokken dinsdag. In Bicentenaire kwam ons een rij gepantserde auto’s tegemoet waarop politie met getrokken wapens zat, gericht op Village de Dieu, de wijk die ondanks de naam (Dorp van God) het slechtst bekend staat wegens het bendegeweld en ontvoeringen. We kwamen zonder problemen aan in Les Cayes, waar we bij bouwmaterialenbedrijf Timo wat transacties verduidelijkten. Ik voelde me al een paar dagen niet fit maar dacht dat het wel gauw over zou gaan. Aangezien het tijdens onze overnachting in Les Cayes alleen maar erger werd, besloten we dat Roseline en Rony samen de volgende ochtend naar Jérémie zouden gaan voor een gesprek met het provinciale kantoor van het Ministerie van Onderwijs, terwijl Wisly mij begeleidde naar een ziekenhuis genaamd OFATMA, waar we per motor taxi naartoe gingen. Een groot, netjes ziekenhuis, goed om te zien dat er in die regio een goed ziekenhuis is. Eerst naar de receptie, die me een rekening gaf om bij een ander loket te betalen. Terug naar de receptie, toen naar de wachtruimte. Vervolgens naar een verpleegkundige, die me naar de administratie stuurde. In aanvulling op de ‘normale’ vragen werd me ook maar gelijk gevraagd hoe ze een visum voor Nederland kunnen aanvragen en of ik een baan voor ze heb. Daar zat ik niet op te wachten. Terug naar de verpleegkundige, toen naar een andere wachtruimte en uiteindelijk dan naar een arts. Ik kreeg een reeks onderzoeken voorgeschreven, werd weer naar de receptie gestuurd, kreeg weer een rekening, kon weer naar het betaalloket. Terug naar de receptie voor nog een andere brief, waarmee ik naar het laboratorium werd gestuurd. De apotheek van het ziekenhuis beschikte uiteraard niet over de voorgeschreven medicijnen. Onze motor taxichauffeur vergezelde ons bereidwillig op een tocht langs een reeks apotheken in de stad. Bij de eerste vonden we één van de drie medicijnen. Bij de tweede, in het stadscentrum, een tweede. Bij de derde niks, bij de vierde vonden we ook de laatste. Daarmee was de ochtend gevuld. Er worden hier in ieder geval geen pillen verspild, want je krijgt netjes de voorgeschreven hoeveelheid, die uit een grote pot in een zakje gedaan worden, of per strip. Dat is wat anders dan volle doosjes vernietigen.

Toen de collega’s terugkwamen uit Jérémie, besloten we nog tot de volgende ochtend in Les Cayes te blijven. Intussen kwam ook de tweede auto aan uit Port-au-Prince en zij reisden direct door naar Pestel. Ze waren niet vroeg vertrokken uit Port-au-Prince, wegens een poging tot gevangenisuitbraak. Gelukkig waren de resultaten van de onderzoeken de volgende dag al beschikbaar. Wisly was meegegaan naar Pestel en Amost bleef bij mij dus hij vergezelde me de volgende dag naar OFATMA. Het duurde nu niet lang voordat mijn naam omgeroepen werd en ik uitleg kreeg. Ik bleek tyfus te hebben, veroorzaakt door een salmonella bacterie. Dat was frappant, want Amost had net twee weken eerder dezelfe diagnose gekregen. Het is een ziekte die hier vrij veel voorkomt en veroorzaakt wordt door bacteriën in voedsel of water. De ervaring in het ziekenhuis viel me in ieder geval 100% mee. Goed te weten dat er goede gezondheidszorg is. Nog meer pillen gehaald om de tyfus te bestrijden en toen alsnog naar Pestel. Zo kon ik toch nog de schoolopening bijwonen.

De opening zou die middag om 1 uur beginnen maar ze waren nog maar net aan het versieren. We waren aanwezig met alle staf van CWS die betrokken is geweest bij de bouw van de school in Cassavon, plus de andere bouwlieden. De heren zagen er keurig uit in hun nette overhemden. Ook Roseline was voor de gelegenheid mee, de schoonmaakster en kok van CWS. Uiteindelijk begon het programma om drie uur. Een DJ en ceremoniemeester stonden op de galerij, terwijl de kinderen en genodigden buiten in de zon stonden. De kinderen stelden zich in een rij op bij de vlag, die gehesen werd onder het spelen van het volkslied. De school zag er netjes en mooi uit, in blauw-grijze kleuren geschilderd. Daarna begonnen de toespraken, door een docent, de directeur, een burgemeester, mijzelf. Ook Amost hield een toepraak en sprak over zijn bezoek in Nederland aan een christelijke gereformeerde kerk. Hij weet nu waar het geld vandaan komt, want de bouw van deze school is volledig gefinancierd door de christelijke gereformeerde kerken in Nederland. Ze noemden het ongeluk dat gebeurd is, alle problemen die we tegen zijn gekomen tijdens het bouwproces, maar ook de trots wegens dit stevige en prachtige gebouw. Collega Wisly werd bij name genoemd, wegens zijn initiatief om het pad toegankelijk te maken voor gemotoriseerd verkeer. Zes meisjes voerden een dans op. Vijf kleine kinderen deden ook een dans, in kleurige kostuums. Er werd een toneelstukje opgevoerd, waarbij een lied gezongen werd om een ieder van CWS persoonlijk te bedanken en symbolisch kregen we elk een fles drinken overhandigd als cadeau. “Wij hadden een probleem, jullie hebben ons eruit gehaald, complimenten voor jullie,” zo werd er gezongen. Rony en Patrick spraken een paar ouders, leraren en leerlingen over wat dit nieuwe gebouw voor hen betekent. Het was al donker toen het feest erop zat. We werden bij de directeur uitgenodigd voor een maaltijd, waar een grote variëteit aan eten geweest schijnt te zijn, maar aangezien ik wegens tyfus een maand lang geen vetten en melkproducten mag, en bovendien nog helemaal geen behoefte aan eten had, heb ik er niks van meegekregen. Vanuit mijn bed in het hotel hoorde ik mijn collega’s later buiten lachen en plezier maken. Mooi, nog even het team als vanouds bij elkaar. Dankbaar en blij voor dit prachtige werk en voor de deelname van de directeur, de docenten, de leerlingen, de dorpsbewoners, de bouwlieden, CGK, mijn collega’s; Patrick, William, Elondieu, Steven, Wisly, Yvens, Rony.

Vrijdag keerden we terug naar Port-au-Prince, opnieuw met een tussenstop in Les Cayes. Een bus kwam ons tegemoet en een auto die aan onze kant van de weg geparkeerd stond, reed opeens de weg op, waardoor we bijna gesandwicht werden. Het ging gelukkig net goed, met een slinger aan het stuur. Terug in de stad ging het iets minder goed. Aan beide kanten van de weg stond een auto en wij gingen er tussendoor maar de auto rechts van ons ging de weg op, waardoor we vast kwamen zitten tegen de andere auto aan. Geen schade gelukkig.

Weer op kantoor kon ik 11 aanvragen voor schapen en varkens doornemen. Er gaan ook schapen naar Paraguay en Centraal-Amerika. De plannen ingediend bij de collega’s van CWS. Verdere documenten geschreven in de afgelopen periode waren onder andere een verslag over de bouw van drie klaslokalen in Mentor, een verslag over 142 huizen gerepareerd en gebouwd na orkaan Matthew, een verslag over al het werk gedaan na orkaan Matthew, een plan voor training voor docenten, een verslag over het werk van CWS in Haïti in 2019. Ook zijn er artikels en video’s geplaatst op de website en Facebook pagina van CWS over landbouw in Jean Rabel en visserij in Mole Saint Nicolas en de bouw van de school in Cassavon.

Rony ging in gesprek met IBESR, de nationale welzijnsorganisatie, deel van het Ministerie van Sociale Zaken. Hun prioriteit voor dit jaar is deinstutionalisering; controleren en sluiten van weeshuizen. Een week later ontstond er brand in een kindertehuis in Fermathe door een brandende kaars. Daarbij zijn 20 personen overleden. Van de 752 (!) kindertehuizen in Haïti zijn er slechts 35 goedgekeurd door IBESR. CWS heeft besloten om een onderwijscampagne op te zetten omtrent de negatieve invloed van weeshuizen op de ontwikkeling van kinderen, naar aanleiding van onderzoeken verricht door Lumos, een organisatie opgericht door de schrijfster van de Harry Potter boeken. 80% van de kinderen in de ‘weeshuizen’ in Haïti hebben minstens één levende ouder. Veel van de kindertehuizen worden financieel gesteund door kerken uit Amerika. Onze onderwijscampagne zal dan ook op hen gericht zijn, waarbij we hen willen aanmoedigen om in plaats van weeshuizen te financieren, steun te geven aan basisvoorzieningen zoals onderwijs en gezondheidszorg maar ook werkgelegenheid voor ouders, zodat ze zelf voor hun kinderen kunnen zorgen en zich niet wegens armoede genoodzaakt zien om hun kinderen af te staan. Armoede mag geen reden zijn om een kind naar een weeshuis te brengen.

Rony is eveneens begonnen met bezoeken van een deel van de 30 leden van het netwerk ASR, verspreid in het land. Die bezoeken hebben hem tot nu toe in het Westen, Zuiden en Artibonite gebracht. Ook daarbij wordt het onderwerp ‘weeshuizen’ besproken. Daarnaast is hij bezig met een reeks gesprekken met diverse religieuze leiders, over de rol van kerken op het gebied van kindertehuizen.

Voor het eerst hebben we een bijeenkomst gehouden met het bestuur van Church World Service in Haïti. We zijn al jarenlang bezig met het proces om de organisatie officieel te registreren. Laatst werd ons gevraagd om een nieuw document in te dienen over onze huidige programma’s, aangezien het vorige document inmiddels verouderd is. Nadat ik een heel nieuw document had opgesteld en mijn collega’s dat gingen inleveren, kregen we te horen dat het in een andere vorm moest. Dat hadden ze blijkbaar niet gelijk de eerste keer kunnen zeggen. Ze laten ons eerst een document voor niks opstellen, om vervolgens weer een andere te vragen.

In februari is een collega afgereisd naar de Bahamas voor gesprekken met IOM en betrokkenen over documentatie van migranten. Inmiddels is er een contract getekend met IOM, die we financieren voor steun aan migranten door middel van documentatie. Dit naar aanleiding van orkaan Dorian afgelopen september.

Zaterdag 8 februari was Djoulissa jarig, mijn petekind. Ze werd 9 jaar. In de loop van de middag ging ik bij haar en haar twee zusjes op bezoek. Ze had ’s ochtends al aan haar ouders gevraagd of ik kwam, vertelde ze. Ik had de jongste op schoot, van 9 maanden. In gesprek met de dames. Later kwam ook hun moeder thuis, die vertelde dat de middelste op school geslagen was door de priester. In januari had ik Djoulissa namens mijn nichtje Ariane wol en een haaknaald gegeven, omdat ze wilde leren haken. Ze liet me haar vorderingen zien. Een week later naar de eerste verjaardag van het neefje van Patrick. Ik was in gesprek met z’n oma, die me uitnodigde om ’s middags terug te komen voor het kinderfeestje. Toen ik terugkwam, was het feest echter nog niet begonnen. Ik hielp mee met stoelen klaarzetten en vertrok uiteindelijk nog voor de start, wat drie uur later was dan de tijd aan mij doorgegeven.

De week voorafgaand aan carnaval, besloot de politie te demonstreren omdat ze een vakunie willen oprichten. Om hun woorden gewicht te geven, staken ze de stands voor de carnavalvoorstellingen in brand en weigerden bescherming te bieden tijdens carnavalsactiviteiten. Er is dus weinig carnaval gevierd en inmiddels is er een vakunie opgericht.

Bijbelstudies van de afgelopen periode gingen over het goed gebruiken van onze talenten en gaven, over wijsheid en karakteristieken van een wijs iemand; nederig, hardwerkend, eerlijk, gul (‘een wijs iemand geeft met een blij hart’). Sinds februari is de gemeente in vier groepen verdeeld voor de Bijbelstudie. Ik zit in de groep ‘jongeren’. Het maakt niet uit hoe oud je bent, zolang je niet getrouwd bent, ben je jong... In de gemeente is een dameskoor, een gemengd koor en een koor van jongemannen. De kerk heeft recent een poort geïnstalleerd en een aansluiting op het elektriciteitsnetwerk gekregen. De kosten daarvoor worden door de leden gedragen. Tijdens een emotionele dienst presenteerde de predikant zijn eigen kleinzoon, wiens vader in oktober is overleden toen hij 8 maanden oud was. Zijn oom nam de plaats van zijn vader in.

Een volgende keer hoop ik te schrijven over onze twee reizen naar het Noordwesten van de afgelopen periode, waar de situatie extreem moeilijk is. Nu eerst wat leesvoer voor een ieder van jullie die noodgedwongen thuis zit in een onzekere periode. Nogmaals: wees voorzichtig, neem de nodige voorzorgsmaatregelen in acht en blijf gezond.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Margot

Micha 6:8 Hij heeft u bekendgemaakt, o mens, wat goed is en wat de HEERE van u vraagt: niet anders dan recht te doen en getrouwheid lief te hebben, en ootmoedig te wandelen met uw God.

Actief sinds 20 Maart 2008
Verslag gelezen: 350
Totaal aantal bezoekers 589481

Voorgaande reizen:

12 April 2008 - 30 November -0001

Mijn eerste reis

Landen bezocht: