
Strijd en ongerechtigheid
Door: Margot de Greef
Blijf op de hoogte en volg Margot
26 Juli 2014 | Haïti, Pétionville
Voetbal biedt een stukje afleiding van de dagelijkse zorgen, die er echter niet minder om worden. Sommige Haïtianen denken dat er geen land in de wereld zo complex is als Haïti. Een van onze partners had echter de gelegenheid om een maand aan een universiteit in Amerika te studeren; een speciaal programma gericht op conflictsituaties. Hij ontmoette er mensen uit Syrië, Afghanistan, Iran, Zuid-Afrika, Bangladesh, Jordanië, enz. De conclusie: ieder land heeft z'n eigen problemen. Dat zien we deze dagen weer des te meer. Oplopende strijd tussen Israël en Palestina in de Gazastrook. Nigeria. Rusland en Oekraïne, een conflict waarvan 298 mensen plotsklaps slachtoffer geworden lijken te zijn. Een van mijn collega's kwam me het nieuws brengen donderdag 17 juli; hij liet me een bericht lezen over de vlucht van Malaysia Airlines/KLM, neergestort na vertrek van Schiphol. Ik zocht verder en las het verbijsterende vermoeden dat het vliegtuig is neergeschoten. Het heeft me diep geraakt en houdt me veel bezig. Leren wij mensen dan niet van onze fouten en van de geschiedenis? Moet er dan altijd oorlog blijven, kan er geen vrede komen? "Wij mensen doden elkaar veel te veel," zei iemand hier.
Misverstanden, sociale ongerechtigheden en allerhande problemen houden me momenteel veel bezig. Een vriend moest voor een operatie opgenomen worden in het ziekenhuis. Dinsdag 15 juli werd hij opgenomen, om 16 juli geopereerd te worden. Van tevoren zei hij tegen me dat zijn grootste zorg was dat de operatie niet zou plaatsvinden de 16e. Ik moet hem ongelovig aangekeken hebben, maar zijn zorg bleek maar al te gegrond. Vijf dagen later ligt de zaal met 12 personen er nog net zo bij als de dag dat hij binnenging. Volwassenen, kinderen, mannen en vrouwen liggen te wachten op een operatie. Elke dag krijgen ze te horen dat ze niet mogen eten, want 's avonds zullen ze geopereerd worden. Dan aan het eind van de avond wordt ze opgedragen te eten, want ze worden niet geopereerd. Ziek als ze al zijn, verzwakken ze enkel meer. Een grote sociale ongerechtigheid. Het is een ziekenhuis van de overheid, waar de patiënten alle benodigdheden zelf mee moeten nemen, van lakens tot infuus. De wc's zijn verstopt, het is een vernederende omgeving. Informatie wordt niet verschaft, niemand weet waar hij aan toe is. Uiteindelijk kreeg onze zieke te horen dat hij nog twee aanvullende onderzoeken moest doen. Nadat hij een paar uur had zitten wachten, bleek dat er die vrijdag geen echo's plaatsvonden in het ziekenhuis, terwijl hij diezelfde dag de uitslag in moest dienen. We zochten een andere kliniek op waar wel ter plekke een echo gedaan kon worden. Bij de eerste kregen we te horen dat degene die echo's doet vakantie heeft. Blijkbaar is vervanging niet nodig. Bij de tweede liet de dokter nogal even op zich wachten, maar uiteindelijk konden we terug naar het ziekenhuis met de uitslag. De eindverantwoordelijke nam de uitslagen door, de patiënt werd aan het infuus gelegd, kreeg medicijnen om schoon te spoelen en de einderverantwoordelijke zei dat hij 's avonds geopereerd zou worden. Een andere patiënt had geen infuusnaalden meer en een verpleegkundige kwam vragen of hij een naald voor de andere patiënt had. Hij liet er een voor haar kopen; dat vraagt God toch van ons, zei hij tegen mij. Zelfs vanuit het ziekenhuisbed wordt goed gedaan voor anderen. Om tien uur 's avonds kreeg hij te horen dat hij kon eten, want hij werd niet geopereerd. Zaterdag gingen we opnieuw vragen wanneer hij nou wel geopereerd zou worden; morgen, was het antwoord. Maar gisteren zeiden ze ook morgen en eergisteren ook. Het antwoord: ja en morgen kunnen we weer morgen zeggen en overmorgen weer; sommige mensen liggen er al 3 weken. Er was duidelijk geen zicht op wanneer de operatie plaats zou vinden. De patiënt was het zat en vroeg me hem zondag op te komen halen, zodat we maandag op zoek konden naar een ander ziekenhuis. Zondagochtend echter werd hij plotseling toch naar de operatiezaal gebracht. Ook het ontslag uit het ziekenhuis bleek een probleem te zijn: maandag ontslagen, maar pas dinsdag werd de ontslagbrief getekend en kon hij vertrekken.
Intussen was de vader van een jeugdvriend van de patiënt, die beide afkomstig zijn uit Grand Anse en speciaal voor de gezondheidszorg naar Port-au-Prince waren gekomen, ook met spoed naar hetzelfde ziekenhuis gebracht wegens interne bloedingen. Omdat ze een arts kennen in het ziekenhuis, kon hij nog dezelfde zondag worden opgenomen. Alles gaat via contacten. Hij had bloedtransfusie nodig. De familie van de patiënt moet zelf bloed gaan halen bij het Rode Kruis, maar krijgt pas bloed als ze eerst zelf bloed afstaan. Dus samen met zijn zoon en een andere vriend toog ik naar het Rode Kruis om bloed af te geven. Pas dinsdag kregen ze eindelijk het benodigde bloed mee.
De preek ging zondag over niet ontmoedigd raken in tegenslag; hoop houden. Dat was wel aardig toepasselijk.
Dinsdag vertrokken mijn collega en ik naar het Noordwesten. Elke keer komen we langs een afrit naar Source Chaud en dit keer besloten we een omweg te maken en het dorp te gaan verkennen. Via Roche Cabrit (Rots Geit) kwamen we uiteindelijk terecht in Source Chaud; Hete Bron. De plaats is vernoemd naar een natuurlijke heetwaterbron. In een ommuurde ruimte borrelt het water waar mensen in baden om genezing te zoeken; een mystieke plaats waaraan speciale krachten verleend worden. Het water is inderdaad gloeiend heet. Interessante ontdekkingen in het land.
De bestemming van de dag was Plaine d'Orange/Bombardopolis, waar een corporatie een paar maanden geleden een gemeenschapswinkel is begonnen. Ze hebben een koeling gekocht met zonnepanelen, dus we werden verwelkomd met een koele drank. Ze verkopen voornamelijk levensmiddelen, een initiatief zodat mensen niet langer ver hoeven te reizen en blootgesteld staan aan gevaren onderweg (ongelukken, diefstal), noch hoge transportkosten hoeven te betalen. Met een deel van de winst van de winkel wordt nu een latrine geplaatst bij het kantoor. Een bemoedigend initiatief.
Na een overnachting in Mare Rouge reden we woensdag 23 juli naar Lamontay. De gemeenschap daar heeft ervoor gekozen om een bakkerij te bouwen. Een grote oven is uit steen opgetrokken en met suikerrietsap bestreken. Nu een paar weken drogen voordat het proces verder kan gaan. De bakkerij zal een groot verschil maken voor de bewoners, die nu drie dagen onderweg zijn om in de dichtstbijzijnde bakkerij brood te bakken en het vervolgens in Lamontay te verkopen. Ik was in Lamontay toen om vier uur 's middags Nederlandse tijd de eerste vliegtuigen uit de Oekraïne landden. Van een afstand kreeg ik ook in Haïti een en ander mee van de nationale rouw in Nederland en daar in dat afgelegen dorp in het Noordwesten heb ook ik een minuut stilte in acht genomen, op dezelfde dag dat 17 jaar geleden een bloedbad plaatsvond in Jean Rabel, onze volgende bestemming van die dag. Het was een mooie dag, met heldere kleuren, een blauwe lucht, groene bergen, maar tegelijkertijd een zwarte dag met vlaggen halfstok en mijn gedachten in Nederland. Het had ieder land kunnen zijn, het had iedere luchtvaartmaatschappij kunnen zijn. Wat een oorlog, strijd en ongerechtigheid op de wereld; we doen elkaar veel kwaads aan.
Na een mooie rit kwamen we in Beldoren/Jean Rabel, waar eveneens een winkel is begonnen. Deze corporatie heeft ervoor gekozen om in het groot te verkopen aan marktlui, die op hun beurt in het klein doorverkopen aan klanten. Drie katten houden de wacht bij de koopwaar. Vandaar reden we naar Lacoma, om een contract te tekenen met nieuwe partner ADRUH. Vervolgens via Babpanyol en Gombo richting Anse Rouge, om de nacht uiteindelijk door te brengen in Gonaïves.
De volgende dag maakten we opnieuw een omweg, dit keer naar Marchand Dessalines, de eerste hoofdstad van Haïti. Via een mooie asfaltweg reden we naar deze stad van Jean Jacques Dessalines, die omringd wordt door forten. We zagen een eerste op de top van een berg, toen een andere op een andere top, en een derde vlak boven de stad. Op het dorpsplein staat een standbeeld van Dessalines, die de eerste leider was van Haïti nadat het land onafhankelijk werd in 1804. Aan de buitenkant van het dorp bevindt zich een bron, ook alweer naast een fort. Heel mooi en historiek, deze omgeving. We reden via een andere route verder; langs Oge totdat we op de weg voor Pont Sonde uitkwamen. Waterrijke vlaktes waarin er goed uitziende koeien tot hun buik in het verkoelende water stonden, uitgestrekte rijstvelden, in de verte omringd door groene bergen. Het was markt in de buurt van Oge en de doorgaande weg was veranderd in een bijna ondoorgankelijke wirwar van zakken rijst, mensen, koopwaar en motoren. Uiteindelijk kwamen we veilig en wel terug in Port-au-Prince.
Gisteren woonde ik een vergadering bij van ACT Alliance, een netwerk van christelijke organisaties. De directeur van een van de Haïtiaanse organisaties vroeg om een minuut stilte voor Nederland. Opnieuw staat het kippenvel op m'n armen, ondanks de hitte van de zomer.
-
27 Juli 2014 - 09:16
Nicolien:
Leuk dat er foto's bij zitten:)
Ja...er is inderdaad veel ongerechtigheid; overal! Maar wat geeft die vriend een mooi voorbeeld: te midden van de ongerechtigheid er wel zijn voor een ander - al heb je het zelf ook niet makkelijk!
x -
27 Juli 2014 - 21:03
Stefanie:
Een indrukwekkend verslag weer.....Ongelofelijk die toestanden in het ziekenhuis. Waarom wordt daar niets aan gedaan? Dit klinkt erbarmelijk: een paar weken liggen wachten op een operatie. Komt dat allemaal door het ontbreken van artsen en van management? Fijn om te lezen dat er zelfs in Haïti wordt meegeleefd met NL! Ik blijf voor Haïti bidden! Groetjes, Stefanie
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley