Noorwegen - Reisverslag uit Kenscoff, Haïti van Margot Greef - WaarBenJij.nu Noorwegen - Reisverslag uit Kenscoff, Haïti van Margot Greef - WaarBenJij.nu
VIP-Report

Noorwegen

Door: Margot de Greef

Blijf op de hoogte en volg Margot

31 Augustus 2015 | Haïti, Kenscoff

17 jaar geleden gingen we met z'n vieren op vakantie naar Noorwegen. Dit jaar keerden we met z'n achten terug naar dezelfde camping, Stora Lee, in Tolsby. Mijn ouders, broer, schoonzus en drie nichtjes waren in de auto en op de boot gekomen; 'een roeiboot', volgens een van mijn nichtjes. De caravan stond mooi achter een vakantiehut, met prachtig uitzicht op het grote meer, in een omgeving van bossen, meren, glooiende tarwevelden, houten huizen in gele en rode kleuren. Het meer Stora Lee vormt de grens tussen Noorwegen en Zweden. Het was rustig op de camping, waar een springkussen, schommel, wipwap en andere speeltoestellen voor genoeg vermaak zorgden.

Het was een goed samenzijn met de familie in Noorwegen. Een stukje rust in een land dat z'n weerga niet kent en nog steeds een van onze meest geliefde bestemmingen blijft. Een boek lezen, een spelletje Rummikub spelen, stickeren of kleuren. Helaas ook ziekte tussendoor en er moest nog gewerkt worden aan een plan voor huizenbouw en voedselveiligheid in Haïti, maar toch hebben we samen een en ander kunnen ondernemen. We bezochten het fort Frederiksten in de plaats Halden, in de 17e eeuw gebouwd en uittorenend op de rotsen boven Halden. Een prachtig uitzicht rondom op de plaats Halden aan het water, meer en bos, rotsen. De Noorse vlag wapperde aan een helderblauwe lucht. Oude kanonnen zijn stille getuigen van een lange historie, gangetjes leiden door oude ruimtes, langs voormalige wapen- en munitie opslagruimtes met dikke muren, loopgraven, uitkijkpunten, een klokkentoren, bakkerij, enz. Een schandpaal zorgt nu voor vermaak, maar vroeger voor schaamte; met handen en hoofd gebogen vastgeklemd in een paal, net hoog genoeg zodat het stralende gezicht van mijn nichtje door het gat keek. Het mooie fort, dat ook Citadel wordt genoemd, net als het Citadel in Haïti, deed me denken aan de forten in Haïti.

Van het armste land van het westelijk halfrond naar een van de rijkste landen ter wereld. Het contrast is groot. In Noorwegen een overvloed aan eten, in Haïti honger. In Noorwegen bomen en volop water, in Haïti en de Dominicaanse Republiek droogte en ontbossing. Ik kijk naar mooie boeken en speelgoed en stickers voor kinderen en denk aan Haïti waar kinderen niet eens schriften hebben. Ik zie al het eten en snoep en koek en denk aan de honger waar ik getuige van ben, de droogte. Het valt moeilijk met elkaar te rijmen, de overdaad in Noorwegen en het tekort in Haïti. Ik merk dat er veel veranderd is sinds ik ben vertrokken uit Europa; de ontwikkelingen gaan snel, ik loop achter, weet niet van de nieuwe dingen, ben een beetje een vreemde geworden in de wereld waarin ik ben opgegroeid. De rust van Noorwegen was goed, hoewel ik Haïti niet los kan laten. Ook de Hollandse pot smaakte weer prima, evenals de Noorse aardbeien, sjokoladesaus en andere gewone, lekkere dingen. Eten zonder zout, terwijl men in Haïti veel zout gebruikt, en vissen zonder kop (oftewel vissticks)...

Ik hou van fietsen en genoot van onze tochtjes op een paar vouwfietsen, heuvel op en heuvel af, door de dennenbossen en langs het meer, met hier en daar bootjes aan steigers, een natuurlijke inham gevormd tussen hoge rotsen, zicht op eilandjes in het grote meer, houten huizen verscholen in de bossen, in de zonnestralen van de ondergaande zon. Even de gedachten laten gaan.

We bezochten Orje en liepen langs een museum, brug en oude sluis. Hele oude stoomboten lagen er in dit Halden kanaal, de oudste nog functionerende ter wereld, gebouwd in 1861. Mooie sluizen, met drie rijen deuren. We reden ook naar Svinesund, waar hoge bruggen de grens vormen tussen Noorwegen en Zweden.

Op de camping lagen kano's, waarmee we het grote meer op konden peddelen. Heerlijk rustig, groot water, je kunt veel kanten op, varend langs de rotsen en bomen, op een rustig meer omringd door groene dennenbossen op de glooiende hellingen. Wat een stilte en ruimte en rust. Even een rondje in de haven met m'n nichtjes in de kano. De volgende dag maar een stevigere boot mee, waar we verder mee kwamen: een motorboot. We voeren langs veel kleine eilandjes, met de donkergroene dennenbomen, het lichtgroene mos, de rotsen. We legden aan bij een heel klein eilandje om te picknicken. Sommige eilandjes zijn zo klein dat er 1 huis op staat; een privé eiland. We staken even over richting de andere oever, wat bij Zweden hoort. Het water in het meer stond hoog door de vele regen en het smeltwater van de sneeuw in de bergen. Geen gebrek aan water. Opnieuw dat schrijnende contrast met Haïti. De nichtjes gingen ook sturen, de een keurig de kustlijn volgend, de ander alleen maar rondjes varend.

Op een zaterdag bezochten we de plaats Stromsfoss, waar drie oude stoomboten in het Halden kanaal lagen. Het was een mooie, warme dag, dorpsfeest zo te zien. Op een weiland stonden marktkramen, met kippen en spelletjes en eigengemaakte voorwerpen van hout en wol, etc. Er werd gezongen, mensen zaten op het gras en op de banken. In het dorp staat ook een molen en Mollers hus. Vandaar reden we verder naar Rakkestad, een mooie, glooiende omgeving van gouden tarwevelden, houten boerderijen en huizen, in rode, gele, grijze en andere kleuren.

Augustus is onze feestmaand: vier dagen van feest aaneen. Het huwelijksjubileum van mijn ouders, de verjaardag van mijn vader, mijn eigen verjaardag, plus de verjaardag van mijn nichtje. Wat een rijkdom dat de liefde er na 41 jaar nog steeds af mag stralen... Vorig jaar in België plukten we bramen om jam van te maken en nu frambozen. Terwijl wij deze vruchten plukten, vonden er in Haïti verkiezingen plaats voor senatoren en gedeputeerden. Dat ging weer met de nodige oproer gepaard, waaronder stembiljetten die reeds ingevuld werden afgeleverd bij de stembureaus, beïnvloeding door kandidaten, sluiting van een aantal bureaus, geweld.

Intussen zochten wij de rust op bij een meertje vlakbij de camping, om net als 17 jaar geleden te gaan vissen. Onze dobbers werden constant naar beneden getrokken en zo nu en dan kwam er een vis naar boven uit het meertje in het bos met z'n rode bessen en groen mos. De vissen werden in een roze visnet gelegd, kwamen op bestelling ("Mag ik ook een vis?") en werden vervolgens door de nichtjes aan hun staart teruggegooid in het meer.

Taart kun je prima maken in een koekenpan, hebben we ontdekt, bij gebrek aan taartvorm. 17 jaar geleden vierde ik mijn 15e verjaardag op deze zelfde camping, vanwaar we nu naar Frederikstad reden via een mooie binnendoor route, waar we twee reeën door het bos zagen springen. Een ronde door het centrum van Frederikstad en vervolgens naar het oude stadsdeel; Gamla Frederikstad. Dat deel is een vesting met bolwerken en poorten aan het water die afgesloten kunnen worden. Kanonnen op de bolwerken, oude, houten panden aan de straten van kinderkopjes. Gebouwen daterend uit 1647. Ook bakstenen gebouwen, een witte, gerestaureerde kerk, aardewerk en glaswerk, winkeltjes, etc. Net een openluchtmuseum. Vandaar reden we nog verder naar Hvaler, een aantal kleine eilanden ten zuiden van Frederikstad. De weg lijkt min of meer door het water te gaan, een aaneenschakeling van kleine eilandjes en bruggen, heel mooi lijkt dat. Tot slot een bezoek aan de Brekke sluizen bij Halden, de hoogste sluis van Europa die met een aaneenschakeling van een stuk of vijf hoge sluisdeuren een hoogteverschil van 26,6 meter overbrugt en gebouwd is tussen 1921 en 1924. Ernaast ligt een stuwdam. Een knap staaltje techniek. 's Avonds net als 17 jaar geleden op mijn verjaardag samen met mijn vader kanovaren op het meer Stora Lee. De laagstaande zon zette de bossen aan de kant in een mooi licht, de rotsen met de verschillende kleuren mos en bomen en besjes, het weidse water. Heel mooi. Later op de avond was een trekker aan het hooien, terwijl de lucht prachtig roze kleurde.

De volgende dag verscheen er een roze kwarktaart in de koekenpan, voor de vierde verjaardag van mijn nichtje. We zijn met z'n allen naar het Folkenborg museum gereden bij Mysen, langs de glooiende velden, mooie houten huizen en boerderijen in rode, gele, grijze, blauwe en zwarte kleuren, een kerkje. Na een picknick op het gras, wachtten we op een gids die ons eerst meenam een groot, voornaam boerderijpand uit 1724 in. Een van de vertrekken boven was ingericht als een schooltje, met oude banken, platen, een wereldbol en een roe om straf uit te delen. Er was een keuken bij een gevangenisvertrek, slaapkamers, vertrekken van een Deense prins die in deze boerderij z'n hoofdkwartier heeft gehad, beneden een keuken en zitkamer en 'blauwe danskamer' voor feesten en speciale gelegenheden, plus een gastenkamer met slaapkamer en soort zitkamer. Ook een vertrek voor de bedienden, met bedsteden. Alles ingericht met oud meubilair. Toen naar een eenvoudigere boerderijwoning, waar je binnenkomt in een soort bijkeuken met houtopslag om te stoken. Overal houtkachels in alle vertrekken. Dit gebouwtje had beneden maar twee vertrekken; een zit/slaapkamer en een keuken met weefgetouw. Ik moest weer aan Haïti denken. Wat we hier als museumstukken bekijken, is nog groter en 'moderner' dan de kleine lemen woningen van Haïti. Het maakte me bedroefd, de oneerlijke verdeling en verschillen. We staken over naar een groter pand waar koetsen staan en paarden; dichte en open koetsen, sommige met wielen en anderen op ijzers als sledes voor de sneeuw, kleine en grote. In een ander gebouw stonden nog meer rijtuigen, inclusief een kar voor openbaar vervoer, een lijkkoets, en ook kleinere wagens voor snellere, urgente boodschappen, en kindersledes.

Na een dag of twaalf samen op de camping scheidden onze wegen zich. Mijn broer en z'n gezin reden terug naar Nederland, want de dames moesten naar school. Mijn ouders en ik bleven nog even langer en reden verder richting het westen. Via een lange tunnel onder het Oslofjord door en over de Hardangervidda; een schitterende route. Eerst het glooiende van waar we waren, de gele akkers. De Hardangervidda lijkt een trekpleister voor wintersport, een kale toendra, op 1000 meter hoogte, met nog steeds sneeuw in augustus, meertjes, mos, enz. Hier lage, ronde bergen. Vandaar ging het naar hoge rotsen en fjorden, overal water, sneeuw op de bergtoppen. En dat alles onder een strakblauwe lucht. Na de nodige tunnels en een nieuwe brug volgde er een pont van Kvanndal naar Utne. Prachtig; de bergen om het fjord, blauwe lucht erboven. Vandaar langs de Hardangerfjord naar Herand, schitterende vergezichten op het water en de bergen, met rijen kersen op de groene hellingen. We installeerden caravan en tent op een camping vanwaar we uitkeken op een meertje en waterval.

In Herand woont een oud-collega van mijn vader, die traporgels restaureert en de bovenverdieping van z'n huis verhuurt aan vakantiegangers of andere gasten, met een fantastisch uitzicht op het Hardangerfjord. Voor belangstellenden, zie hier voor meer informatie: www.bjorkhaug.info. De natuur blijft overweldigend. Noorwegen is een schitterend land, heel anders dan andere landen zowel in als buiten Europa. Het fjord, de haven, de bootjes, de paar huizen op de groene hellingen met fruitbomen. Maar ook Noorwegen kent z'n problemen, zo hoorden we wel. Het plattelandsleven wordt duurder en kleinschalige landbouw wordt ontmoedigd.

De winkels in Herand en Jondal staan aan het water; bootjes meren aan de steiger om boodschappen te halen. Twee tunnels van 10 en 11 km lang maken het mogelijk om van Jondal door de bergen te rijden naar de grotere plaats Odda. Buiten de tunnels om wederom mooi uitzicht op het fjord en drijvende huizen op vlotten; zalmkwekerijen. Vanuit Jondal leidt een 19 km lange weg naar een zomerskicentrum, Folgefonni, een smalle weg die van 300 meter naar 1200 meter hoogte stijgt door een ongelooflijke omgeving. Beneden zijn groene weiden met boerderijen, dan stijgen er steile, grijze rotswanden omhoog met watervalletjes, en algauw ben je boven de boomgrens en is het een woest landschap van rotsen met sneeuw en water ertussen, en vergezichten op het fjord dat inmiddels diep in de verte ligt. Niet te omschrijven. De weg eindigt bij de skipiste. Skiën in de zomer, bij een gletsjer. In de winter is de piste gesloten, want dan ligt er ironisch genoeg teveel sneeuw, metershoog.

Terug op de camping troffen we behalve onze caravan 1 andere campinggast aan, die een bekende bleek te zijn die nog geen vijf kilometer bij mijn ouders vandaan woont... Hoe is het mogelijk! De 25 jaar oude tent waarin ik vroeger met mijn broer sliep heeft opnieuw goede dienst bewezen en hield stand in een nacht met harde wind en regen, die gevolgd werd door een regenboog en een mooie dag. We vertrokken van de camping, via Odda en Edland naar Hovden, wederom langs de hoogvlakte van het Hardangervidda nasjonalpark. Zo hoog is het eigenlijk niet, maar toch is het een woeste omgeving, met veel sneeuw en smeltwater en rotsen en skipistes en vakantiehuizen. Weer veel tunnels, eerder waren we zelfs sommige tegengekomen met rotondes erin. Ook watervallen en stuwdammen gemaakt van steen, die me doen denken aan het werk van KDRe in Haïti, voor bodembescherming in de bergen.

In Hovden wandelden we een berg op onder een skilift door naar Nos, op 1183 meter hoogte. Hoe hoger we kwamen, hoe weidser het uitzicht werd. Dit vind ik mooi, wandelen. Het is een echt wintersportgebied, dat vol staat met vakantiewoningen, maar nu in de late zomer was het uitgestorven. Hoewel de lucht grijs was, hadden we toch een mooi uitzicht op bergen en meren en sneeuw en de camping, gelegen aan een rivier. Op de top liep een groepje schapen met bellen om hun nek. Het was een mooi uitzicht, op Hovden in het dal, de skilift, de bergen in de verte, besneeuwde toppen, het lichtgroene mos, de rotsen. Ik liep op de harde sneeuw, dat nog wel bevroren leek, zo hard. In Haïti zelfs in de winter geen kou en sneeuw en in Noorwegen sneeuw in de zomer...

Aan alle dingen komt een eind en zo ook aan onze vakantie in Noorwegen. Door het Setesdal reden we langs opnieuw veel water en bomen en houten huizen en boerderijen, voorraadschuren, grazige weiden, hoge, steile, grijze rotsen, en rivieren met rotsen. Toen we onderweg stopten op een parkeerplaats, zagen we een raftboot te water gaan, gevolgd door een kano. Die man ging op de kant in de kano zitten, duwde zich af, en plofte zo een paar meter naar beneden het water in. Dat is ook een manier.

Uiteindelijk kwamen we door opnieuw een mooie omgeving in Kristiansand, waar we in de haven een schip van de Color Line opreden om ons naar Hirtshals te brengen in Denemarken. Vanaf het bovendek zagen we Kristiansand steeds kleiner worden, met z'n kerk, haven, gebouwen, vuurtorens, rotsen, wegen en bomen. De beschutting van de haven uit naar de open zee. Het waaide hard. Eindelijk weer op een boot. De witte schuimbaan in het spoor van het schip, andere vrachtschepen in de verte. Uiteindelijk kwam de kust van Denemarken in zicht, een vuurtoren, zeemeeuwen en de haven van Hirtshals. Een mooie zonsondergang, hier vroeger dan in Noorwegen, aan de heldere lucht achter glooiende heuvels en windmolens. Hier geen houten huizen maar baksteen.

Na een overnachting in Aalborg reden we de volgende dag door Denemarken en Duitsland naar Nederland. Het is weer mooi geweest. Ik mocht ook nog een week in Nederland zijn, hoewel die tijd voornamelijk in beslag werd genomen door werken aan verslagen voor CWS, maar toch was het goed om nog een poosje bij de familie te zijn, m'n oudste broer te zien, ooms en tantes te ontmoeten, mijn nichtje een keer van school te kunnen halen; iets ogenschijnlijks kleins en gewoons, maar voor mij is juist het gewone bijzonder. Haar kleine zusje brabbelt in haar eigen taal en verbaasde ons door mijn naam te zeggen, terwijl de middelste voor het eerst naar school is geweest, een prachtig portret met geweldige uitspraken. Elk een unieke persoonlijkheid en een grote blijdschap en trots voor hun tante.

Ook een motorrit mocht natuurlijk niet ontbreken. Dat blijft een goede manier om te ontspannen en de gedachten te laten gaan. Even aan zee zitten bij Wierum, het dorp en de kerktoren verscholen achter de dijk. Ook weer een keer in Drogeham naar de kerk. Elke keer word ik weer stil van de voortdurende steun en betrokkenheid, de wekelijkse en dagelijkse gebeden. Wat een gemeente staat er achter me. Maar ook tijdens een preek wordt het verschil met Haïti duidelijk, door het verschil in voorbeelden voor iets dat gewoon is in Nederland, maar ongekend in Haïti (zoals een babykamer). Op de fiets naar Kollum, de bramen in de struiken zijn zo ongeveer rijp. Het was stil op de weg, er brandde licht in de huizen, mensen zaten veilig en wel binnen. Een andere wereld.

Intussen was mijn collega in Haïti in het Noordwesten om een training te geven aan corporaties op het gebied van financiële administratie en kreeg ik bericht dat een Dominicaanse advocaat z'n nationaliteit is kwijtgeraakt na afloop van het regularisatieplan. Er kwam ook goed nieuws, namelijk dat CWS samen met SSID opnieuw fondsen ontvangt om door te gaan met de bouw van huizen in Ganthier en Boen.

En dan breekt de laatste dag samen weer aan en komt het moment van afscheid nemen dichterbij. Een tante komt nog even langs op de fiets, mijn nichtje speelt doktertje ook al heeft ze haar arm in het roze gips, met een groene auto erop getekend, we kleuren samen en schrijven een kaart. Afscheid went niet en blijft akelig. Drie paar kinderogen, drie kleine, zwaaiende handen. Hoe kun je het dan niet te kwaad krijgen? Toch stonden we om drie uur 's nachts op om naar Amsterdam te rijden, vanwaar ik de Thalys nam naar Parijs, die inmiddels berucht staat om de terrorist die een paar dagen eerder overmeesterd was op ditzelfde traject. Ik keek mijn ouders na, die hand in hand het perron afliepen. Toen wijzigde het landschap zich van Nederlandse borden, gebouwen, auto's, wegen en landschap naar België en tot slot Parijs. Daar overstappen in de trein naar het vliegveld van Orly, waar we ruim een half uur in de bus voor het vliegtuig moesten staan voordat we eindelijk aan boord konden van het vliegtuig dat nu net zo rustig en leeg was als dat het op de heenweg vol was.

Met een uur vertraging landden we ruim 7.500 km verder veilig en wel in Haïti. Mijn collega haalde me op van het vliegveld. Het vooruitzicht van mijn terugkeer naar Haïti was weinig bemoedigend; een slaapkamer zonder vloer, een vrijwel leeg waterreservoir en nog steeds geen elektriciteit. Ik kwam inderdaad thuis in een donker en vies huis, dat onder het stof zat vanwege het leggen van een nieuwe tegelvloer. Grote schoonmaak dus. Het waterreservoir had inderdaad niet meer dan een bodempje water, waarin een kudde kikkervisjes rondzwemmen. En de stroom ligt er nu al een maand of twee af. Moeder poes scheen wel blij me te zien en d'r kleintje leeft gelukkig ook nog.

De volgende dag werd ik ook op kantoor verwelkomd door problemen. "Alles heeft problemen," zei mijn collega. Het water stroomt niet in de toiletten, het batterijsysteem als opvangnet voor elektriciteit werkt niet goed, internet werkte niet. Wat een terugkomst. Internet kregen we gauw weer aan de praat met een nieuwe kabel. Een van onze partners kwam op bezoek. We spraken over werkplannen, maar ook over orkanen, droogte, migratie en problemen van geweld in Boen, een van de dorpen waar we werken, waar momenteel 's nachts veel diefstal en verkrachtingen plaatsvinden. Van 3 tot 30 augustus hebben er geen vrachtwagens gereden van de Dominicaanse Republiek naar Haïti, omdat verscheidene wagens werden vernield en de veiligheid te wensen over liet. Daardoor komen er tekorten aan diverse producten, aangezien er veel vanuit het buurland geïmporteerd wordt. Bijpraten met m'n collega's, van wie er een nu vakantie heeft. Terug in de hitte en muggen en rijst in plaats van piepers. Nog diezelfde nacht kwam tropische storm Erika over Haïti, een paar dagen na Danny. Het was een kabaal van jewelste op het golfplaten dak, zelfs de poes schrok ervan en verschool zich onder de tafel. Harde regen en wind, gele flitsen aan de lucht, knallend onweer. Het bleef de hele nacht regenen. De regen is van harte welkom. 's Ochtends was de wind weer afgenomen en was het weer droog. Erika vervolgt haar weg naar elders. Helaas heeft niet heel het land regen ontvangen. De droogte duurt voort.

Haïti is de afgelopen dagen gastheer geweest van Carifesta, Caribisch festival van kunst, een programma van muziek, dans, modeshows en exposities afkomstig uit verschillende landen in de regio, met activiteiten in diverse steden van het land. Mijn leidinggevende mailde me vorige week een tekst die hij heeft geschreven met een droom voor het eiland Hispaniola: een droom van harmonieuze relaties tussen Haïti en de Dominicaanse Republiek. Laten we hopen dat die droom eens waarheid wordt.

  • 01 September 2015 - 14:08

    Cornelia Velda:

    Hallo Margot,
    Zo begin je aan de vakantie en zo is die weer ten einde. Wat een verschillen die jij hebt gezien in de landen. Het geeft weer hoeveel jij met Haiti bent verweven. Al ben je met vakantie het raakt je steeds weer, wat er allemaal nog moet gebeuren in Haiti. Maar jullie zijn op de goede weg met elkaar. Met Gods Zegen hebben jullie al heel wat voor elkaar gekregen. Wij zijn blij dat je hebt genoten van je vakantie met familie. Wel veel sterkt,kracht en Gods Zegen toegewenst met de werkzaamheden die jullie met elkaar mogen en kunnen doen.Ook wij mogen bidden om die harmonieuze relatie tussen Haiti en De Dom. Republiek. Wij bidden voor jullie en de mensen om jullie heen. Groeten uit Drogeham. Fam Sjoerd en Cornelia en de kinderen.


  • 01 September 2015 - 14:59

    Nicolien:

    Wat fijn zo'n tijdje weg met je familie! !

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

VIP-member
Margot

Micha 6:8 Hij heeft u bekendgemaakt, o mens, wat goed is en wat de HEERE van u vraagt: niet anders dan recht te doen en getrouwheid lief te hebben, en ootmoedig te wandelen met uw God.

Actief sinds 20 Maart 2008
Verslag gelezen: 812
Totaal aantal bezoekers 608840

Voorgaande reizen:

12 April 2008 - 30 November -0001

Mijn eerste reis

Landen bezocht: