Op reis in regen en modder in het mooie Haïti
Door: Margot de Greef
Blijf op de hoogte en volg Margot
27 Mei 2009 | Haïti, Port-au-Prince
Ik heb de medicijnen kuur tegen malaria afgemaakt. Overigens heeft malaria een vrij negatieve klank in Nederland, hoewel het in Haïti een ‘normale’ en veel voorkomende ziekte is. Met juiste behandeling kan het geen kwaad. Gelukkig voel ik me intussen weer wat beter. Ik blijf alleen ontzettend moe. Op zich is dat een normaal symptoom, maar niet zolang als het bij mij duurt. Ik lig ’s avonds om half acht al in bed en ook overdag slaap ik. Wat dat nu weer is...?
Al met al werden mijn activiteiten enigszins verstoord door dit ziek zijn. Eerst het konbit van MCC dat ik gemist heb, daarna vorige week besloten dat het verstandiger was om niet mee te gaan naar een seminar van Défi Michée. Mijn collega heeft mijn deel overgenomen in Miragoâne, in het zuidwesten van het land. Ook een bezoek aan een project voor herbouw van woningen heb ik aan me voorbij laten gaan. Ik heb wat rustig de dagen doorgebracht op kantoor, met wat vertaalwerk (Frans-Engels), verwerken van informatie voor de seminars, eten, slapen, gebruik maken van elektriciteit, etc. Verder nog een vergadering bijgewoond bij een partner organisatie, die wel heel erg lang duurde. Na drie uur zijn mijn collega en ik als eerste opgestapt. Later hoorden we dat ze nog uren door zijn gegaan.
Afgelopen week stond er een bezoek aan de departementen Noordwest, Artibonite en Noordoost gepland. De beide heren in mijn reisgezelschap vroegen zich af of het wel verstandig was om te gaan, aangezien ik nog niet helemaal 100% opgeknapt ben. Ik heb hard moeten pleiten om de reis toch door te laten gaan. Reizen is hier intensief en vermoeiend. De wegen zijn slecht, de afstanden kort in kilometers maar lang in tijd, de omstandigheden eenvoudig, eten niet altijd voorhanden. Maar goed, we zijn toch gegaan. Het was een hele leerzame en goede week.
Ons gezelschap bestond de eerste dagen uit Garly (collega MCC), Cher Frère (werkzaam bij partner organisatie SKDE) en mijzelf. Garly en ik vertrokken op dag 1 samen uit Port-au-Prince. In Gonaïves pikten we Cher Frère op. Garly had bij binnenkomst in de stad zo z’n twijfels of we de stad wel door konden komen. De maand mei is regenseizoen en dat liet zich duidelijk merken. De regen stortte in grote hoeveelheden neer en veranderde de weg in kuilen vol water, waarvan de diepte uiteraard niet te zien is. Gonaïves was deels al weer overstroomd, enkel al door de regen die viel. Na een rit van 8 uur zijn we veilig en wel gearriveerd in Jean Rabel, in het Noordwesten van het land. Het gastenverblijf daar is inmiddels bekend terrein. Dit keer was er zowaar stromend water en elektriciteit.
De volgende ochtend eerst een ontbijt van spaghetti en daarna begonnen met het evaluatiebezoek aan de woningen die gerepareerd/herbouwd zijn met giften vanuit de christelijke gereformeerde kerken in Nederland. Een groot deel van de woningen was onbereikbaar, aangezien de wegen/paden veranderd waren in modderbanen. We ontmoetten een aantal gezinnen, die met ons mee liepen langs hun woningen.
In de middag vervolgden we onze tocht naar het gebied La Montay, waar de meerderheid van de in totaal 304 woningen in het Noordwesten zijn gerepareerd/herbouwd. Het was een nationale feestdag; vlaggendag. In Jean Rabel marcheerde een optocht kinderen door het dorp, al zingend, met rode en blauwe kleren en linten (de kleuren van de vlag). In La Montay was een voetbalwedstrijd gaande ter ere van vlaggendag. Voetbal, in Haïti net zo populair als in Nederland.
Het was nog net licht, dus we konden nog enkele woningen bezoeken. Heel bemoedigend! De mentaliteit en wilskracht van de mensen in dit gebied is veelbelovend. Woningen zijn goed en volledig opgeknapt, bestand tegen storm en wind. De aarden vloer is vervangen door een stevige fundering, wat lemen muren waren, zijn nu muren opgetrokken uit stenen en rotsen, plus een golfplaten dak in plaats van stro.
We waren te gast bij de plaatselijke ‘coördinator’, in zijn eenvoudige woning met buiten wc en zonder douche. Onder de sterrenlucht, achter het huis, konden we ons douchen met een emmer water. Een olielamp verspreidde wat licht. Toen ik in bed kroop, voelde ik verbaasd aan het materiaal van het matras. Ah, stro en hout! Terwijl de regen op het golfplaten dak roffelde, viel ik in slaap.
De volgende ochtend verrast de bevolking van La Montay ons door in grote getale en op tijd bij de belegde bijeenkomst te komen. De kerk/school zit helemaal vol, de sfeer is goed. ‘We zijn hier bijeen met christenen en voodoo aanhangers,’ zo wordt er gezegd. Vervolgens breekt er een groot gelach uit als een van de voodoo aanhangers een christelijk lied voorstelt. Grappen en grollen genoeg, een vrolijke boel. Tegelijk ook serieus. Serieus bezig om verder te bouwen aan de ontwikkeling van dit gebied. Plannen voor waterbronnen. De enige manier waarop men nu water opvangt, is via dakgoten en in bassins. In het droge seizoen is het ver lopen naar de dichtstbijzijnde rivier. Plannen voor training voor de docenten, om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren.
Begeleid door een groep bewoners, bezochten we wederom diverse woningen. Iedereen was in een opperbeste, opgewekte stemming. Levensvreugde. Een verschil met Jean Rabel dat ons alledrie opviel. De mentaliteit in de ‘stad’ (of dorp, wat Jean Rabel volgens mij meer is), is heel anders dan op het platteland, zo wordt ons gezegd. We bezoeken een centrum waar stoelen van bamboe gemaakt worden, een ander lokaal project, nog vrij nieuw. Het is lastig om een markt te vinden voor deze projecten, die toch vrij prijzig zijn.
Aan het eind van de ochtend houdt mijn fototoestel ermee op. Batterij leeg... Dat is erg lastig, zeker aangezien we de verdere week zonder elektriciteit zitten. We wijzigen onze plannen enigszins en vertrekken eerder dan de bedoeling was, wat uiteindelijk maar gelukkig blijkt te zijn. Onze volgende bestemming, Gwo Mon, blijkt namelijk nog 7 uur rijden te zijn. Mijn vermoeidheid speelt me nog parten en een deel van de rit breng ik dan ook slapend door. Zo nu en dan duwen Cher Frère en Garly me op mijn plaats, als ik door al het gehobbel over de beroerde wegen teveel wegzak. Ik krijg maar half mee hoe Garly worstelt om de auto in bedwang te houden over de glibberige modderwegen. Op een gegeven moment stapt Cher Frère uit en loopt met een zaklamp in de hand voor ons uit om te kijken waar de auto het beste langs kan. Pas om tien uur ’s avonds komen we aan op onze plaats van bestemming. De auto staat geparkeerd op een schoolterrein en het laatste stuk leggen we te voet af. We springen van steen tot steen om een rivier over te steken. Ik bedenk me wederom dat het goed uitkomt dat ik dat als kind heb geoefend tijdens vakanties in Noorwegen, papa... We verblijven bij een echtpaar dat heel gastvrij hun woning openstelt voor ons. Ook hier geen douche, maar een emmer water om achter huis te douchen. Enkel een waarschuwing van ‘even niet achter huis komen’ en zo spoelen we ons om de beurt schoon, om vervolgens gelijk in bed te duiken. De olielamp wordt uitgeblazen.
‘Margot, het is tijd om op te staan.’ Ik kom uit bed. Het is half vijf. Zonder avondeten en zonder ontbijt zijn we een kwartier later op weg om een berg te beklimmen. Hoewel het nog geen vijf uur is, loopt het zweet ons algauw langs de rug. Het uitzicht is overweldigend (helaas dus geen foto’s...). Het echtpaar volgt ons de berg op, met hun ezel. Bovenop de berg liggen de moestuinen van de bewoners in de omgeving. Elke dag een uur de berg op wandelen om bij hun grond te komen.
Aan de andere kant dalen we de berg weer deels af, om een waterbron te bezoeken. Ik had verwacht een bassin of iets dergelijks aan te treffen, maar het was enkel een natuurlijke bron, een plaats waar water uit de rotsen stroomt. Daar haalt men water, zowel om te drinken als voor andere doeleinden.
Behalve moestuinen is er ook een coöperatief gevestigd op de berg. We spreken even met de leden, in een bouwsel opgetrokken uit boomstammetjes. Intussen staan de schoolkinderen buiten de wachten, want dat vertrek dient tevens als kerk en school.
We dalen de berg weer af. Inmiddels regent het zachtjes, dus het pad wordt gladder. We komen veilg en wel weer beneden en rijden naar onze volgende bestemming; Gonaïves. Daar viel weer een afspraak in het water (zowel letterlijk als figuurlijk), doordat de andere partij met pech onderweg gestrand was; de auto was in een diepe kuil water vastgelopen. Uiteindelijk hebben we enkele plaatsen bezocht waar ook woningen herbouwd zullen worden. Dit project is tot stand gekomen vanuit de ‘Church of the Brethren’ uit Amerika, in samenwerking met SKDE en MCC. Garly en ik zeggen Cher Frère gedag en gaan samen verder naar Desarmes. Daar spreid ik m’n bed op de veranda van het MCC kantoor.
Op dag vijf rijden Garly en ik eerst naar Mirebalais, waar we onze collega Kurt oppikken. Vervolgens rijden we naar het Noordoosten van het land, naar de plaats Bwadlorens (Bois-de-Laurence). Daar heeft MCC een project van waterbronnen. Wederom schitterende natuur. Geen verkeer. Auto’s is men totaal niet gewend. Afstanden worden gemeten in ‘aantal uren lopen’. De man die ons opwacht, woont anderhalf uur lopen van het centrum van Bwadlorens (een handvol woningen). Wederom parkeren we de auto op een afgesloten terrein, waarna we te voet naar ons ‘gastgezin’ gaan. Ik beklim deze week zowel te voet als in de auto zoveel bergen, dat ik weer volledig ben overtuigd van de toepasselijkheid van de naam ‘land van bergen’ voor Haïti.
Als ik boven het ‘gat in de grond’ hang dat als wc dient, denk ik aan de vakanties met m’n ouders en broer, jaren geleden in Europa. Ik weigerde stellig naar een wc te gaan onderweg, als het een ‘gat in de grond’ was. Veel te eng vond ik dat... Gelukkig heb ik daar inmiddels geen moeite meer mee, anders zou het leven erg lastig voor me zijn. Terwijl ik ’s avonds m’n tanden buiten sta te poetsen en me weer terugtrek met een emmer water om te douchen (dit keer zowaar in een afgeschermde ‘ruimte’ bestaande uit zeildoek gespannen rondom vier palen die in de grond geslagen zijn), denk ik aan mijn vader en moeder die op dat moment waarschijnlijk in een luxe hotel slapen. Ach ja, het verschil moet er zijn...
Deze woning is een lemen woning; een mengsel van aarde en water op een raamwerk van gevlochten takken. Als de stoel tegen de muur aankomt, brokkelt prompt de muur af. De vloer bestaat uit aangestampte aarde.
Op de ochtend van dag 6 krijg ik verse koeienmelk bij het ontbijt, dat voor de derde keer in vijf dagen tijd uit spaghetti bestaat. ’s Ochtends hebben we een bespreking met de plaatselijke associatie en de techniciens die verantwoordelijk zijn voor de waterbronnen. ’s Middags bezoeken we vier waterbronnen. Dit zijn natuurlijke bronnen waar een bassin is gebouwd, zodat het water opgevangen wordt. Via een afsluitbare buis kunnen de bewoners hun emmers en watertankjes komen vullen. Vaak zijn het de kinderen die meerdere malen per dag heen en weer lopen met water. Met hun smoezelige gezichten en kleren wouden ze maar wat graag op de foto (inmiddels was er een ander fototoestel bij ons gearriveerd).
Op dag 7 vangen we de terugreis aan, met een tussenstop bij een oud-collega in Hinche. Daar eten we samen rijst met bonen. Tegen de avond zijn we weer veilig en wel thuis. Daar krijg ik te horen dat het elektriciteitsprobleem niet aan mijn woning ligt, maar aan de wijk. Er is een probleem met de staatsstroom, waardoor de hele wijk momenteel zonder stroom zit. Als er niet zo nu en dan staatsstroom is (meestal enkele uren per nacht), worden de batterijen ook niet opgeladen en is het niet mogelijk om water te pompen of te strijken. Chronisch zonder stroom en water dus. Gelukkig regende het de avond van mijn thuiskomst, zodat ik gelijk wat emmers water kon vullen en een voorraad aanleggen. Ik zwaai even naar de buren, die net als ik met emmers en tonnen in de weer zijn.
-
27 Mei 2009 - 16:18
Anny:
Ha Margootje,
Blij te lezen dat je weer druk aan het werk bent. Wel heel vervelend dat je steeds zo moe blijft!
Gelukkig kun je wel weer mooie verhalen schrijven, nou nog foto's dan is het weer helemaal geweldig!
Hier gaat het wel weer goed, Sevda is aan het examen doen, maar het gaat wel goed. Nog twee examens, Frans en Bioligie en dan zit het er weer op.
Nou meisje, doe voorzichtig en tot de volgende keer! -
27 Mei 2009 - 16:21
Anny:
Ha Margootje,
Blij te lezen dat je weer druk aan het werk bent. Wel heel vervelend dat je steeds zo moe blijft!
Gelukkig kun je wel weer mooie verhalen schrijven, nou nog foto's dan is het weer helemaal geweldig!
Hier gaat het wel weer goed, Sevda is aan het examen doen, maar het gaat wel goed. Nog twee examens, Frans en Bioligie en dan zit het er weer op.
Nou meisje, doe voorzichtig en tot de volgende keer! -
27 Mei 2009 - 19:15
De Poortmannen:
Hoi Margot,
Fijn om te horen dat je je werkzaamheden weer op kunt pakken. Doe het rustig aan. Hopenlijk gaat de vermoeidheid snel over. Hilda en Nynke waren blij verrast hun naam in je verslag te lezen. "Mem moet haar de groeten wel even doen hoor", roepen ze me nu toe vanaf de bank.
Dat doe ik dus bij deze.
Veel succes bij je werk!
Groeten van Harrie en Alice -
03 Juni 2009 - 01:00
Tanja:
Hoi Margot,
Wat een wijs besluit om thuis in NL te komen uitzieken. Het lijkt mij verstandig dat je er toch minimaal een week of 4 voor uittrekt. Als je nog wat medisch onderzoek wilt laten doen in Nederland, heb je toch wel te maken met een wachttijd, wil je de uitslag en de behandeling niet missen, dan zijn 4 weken toch wel nodig denk ik. Bovendien heb je dan voldoende de tijd om je lichaam te laten wennen aan de Nederlandse klimaat en te herstellen van de infectie ziektes die je doorgemaakt hebt. 24 juni een volgende afspraak lijkt me wat hooggegrepen. Pas eerst maar eens goed op jezelf, dan kun je ook beter voor de mensen in Haiti zorgen.
Wij als verpleegkundigen zeggen altijd onder elkaar; als je niet goed voor jezelf zorgt, kun je ook niet goed voor een ander zorgen.
Als jij optimaal gezond bent, ben je meer waard voor de Haitianen, dan in een belabberde conditie.
Dus: als de m.... naar Mem, je vol laten stoppen met stamppotten, paprijst, bitterkoekjespap etc, veel goed kouwe melk drinken en vitamines snoepen, veel slapen, zitvlees kweken en vooral veel niks doen.
Je zult zien, daar knapt een mens van op.
Mocht je je vervelen, dan wil ik wel een dagje met je gaan shoppen, hoor, hihihi!
Nou, neem het welgemeend advies van deze zuster maar eens aan, en kom maar gauw naar huis.
Ik geloof dat ze morgen zouden gaan kijken wanneer het eerste vliegtuig naar amsterdam vertrekt, dus dan zal ik je wel snel hier in de lage landen weerzien.
Beterschap en hopelijk ben je voldoende aangesterkt om de reis goed door te komen.
Hoop je gauw hier te zien en veel liefs van Tanja -
03 Juni 2009 - 04:58
Anny:
He, kom je naar Nederland? Ik dacht even dat ik je verhaal niet goed gelezen had, maar ik ben ondertussen tot de conclusie gekomen dat Tanja over andere informatie beschikt dan alleen je verhaal op de site.
Maar, inderdaad geen slecht idee om je eens even lekker te laten vertroetelen thuis.
Hele goeie reis gewenst, en wie weet zien we elkaar binnenkort!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley