Nederland, 12 januari en Noordwesten - Reisverslag uit Pétionville, Haïti van Margot Greef - WaarBenJij.nu Nederland, 12 januari en Noordwesten - Reisverslag uit Pétionville, Haïti van Margot Greef - WaarBenJij.nu

Nederland, 12 januari en Noordwesten

Door: Margot de Greef

Blijf op de hoogte en volg Margot

19 Januari 2015 | Haïti, Pétionville

Sinds ik in 2008 naar Haïti ben vertrokken, blijft het leven een zoeken naar een balans tussen Nederland en Haïti, tussen familie en naasten. Balancerend tussen twee werelden, twee landen, twee volken. Ik was van plan kerst en oud en nieuw door te brengen in de Cariben, maar een aantal signalen vanuit Nederland zetten me aan het denken en uiteindelijk werden de plannen op het laatste moment gewijzigd.

Dinsdag 23 december zette mijn collega me af bij het vliegveld van Port-au-Prince, vanwaar ik naar Fort Lauderdale vloog, vandaar naar Washington DC, vervolgens naar Philadelphia en tot slot landde ik de volgende ochtend in Amsterdam. Jeroen en Fardau, trouwe figuranten in mijn verhalen, waren de aanleiding geweest voor dit verrassingsbezoek door me te laten inzien dat mijn aanwezigheid op dit moment in Nederland belangrijker was dan elders. Ze stonden me al op te wachten op Schiphol en gedrieën reden we naar Friesland. Het was nog vroeg, dus eerst op bezoek bij m'n broer en schoonzus. 's Middags zouden Jeroen en Fardau naar m'n ouders, die echter niet wisten dat ik ook meekwam. Dus zo stond ik onverwacht in de ouderlijke woning. Een onverwacht, verrast en goed weerzien. Kerst mocht ik in de kerk en met familie doorbrengen. We hebben een goede tijd gehad met elkaar, met de naaste familie en ook met verdere familie, gemeenteleden en bekenden, van Friesland tot Zeeland en Noord-Holland, onaangekondigde bezoeken maar hartelijke ontvangsten. Mooi om sneeuw te mogen zien in het zuiden van het land, onderweg naar Zierikzee. Fijn om eindelijk weer eens de verjaardag van mijn broer mee te kunnen vieren op oudejaarsdag en om voor het eerst eens bij een etentje met de familie van de partij te zijn. Lekkere boerenkool, hutspot en oliebollen eten, eindelijk weer eens kunnen fietsen. Het nieuwe jaar op een mooie manier begonnen; samen met de gemeente, waarbij ik weer eens de samenzang mocht begeleiden. Met goede moed verder.

Met zonnig en warm weer het hele jaar door op het tropisch eiland waar Haïti deel van uitmaakt, mis ik de wisseling van de seizoenen. Samen met Jeroen en Fardau besloten we van de gelegenheid gebruik te maken om een stukje echt winter op te zoeken. Vrijdag 2 januari reden we met z'n drieën naar Winterberg. Hoewel er in de omgeving weinig sneeuw lag, deed Winterberg z'n naam eer aan; er lag sneeuw, het was winter en alle liften waren open. We hebben heerlijk twee dagen kunnen skiën en snowboarden. Hoewel het voor mij 8 jaar geleden was, verleer je het niet en met veel plezier gingen we de berg af. Even echt ontspannen en genieten. Een glooiende omgeving, uitzicht op omringende heuvels en de springschans van Winterberg. Fijn spelen in de sneeuw... Na een overnachting in Hesborn stonden we de volgende dag wederom op de piste. We troffen het beide dagen enorm met het weer; droog, weinig wind, de tweede dag verse sneeuw. We hebben ons goed vermaakt op de Bremberg, Poppenberg, Kappe; een mooie omgeving, een paar pistes tussen de wit besneeuwde bomen door. Leuk om ook gelijk weer de verschillen te zien tussen Nederland en Duitsland, in huizenbouw en op andere manieren. Twee hele mooie, ontspannen dagen; gewoon gezellig, zoals Fardau zei.

Ik ben gebleven tot na de verjaardag van mijn moeder. Een voorrecht om er bij te kunnen en mogen zijn en alle ooms en tantes weer eens te ontmoeten en bezoek en uitnodigingen te ontvangen. En natuurlijk om de kleine nichtjes weer te zien. De preek van de eerste zondag van het jaar raakte me wel heel letterlijk, toen de gastpredikant sprak over Abraham: Waarom ga je zo ver bij je familie vandaan? Omdat er een stem is die roept naar een ander land, was zijn antwoord. Een vreemdeling op deze aarde. Dan komt weer het moment van afscheid nemen. Dankbaar voor een goede tijd samen. Het blijft een tweestrijd, een heen en weer getrokken worden, een missen van Haïti als ik in Nederland ben en missen van Nederland als ik in Haïti ben.

Vrijdag 9 januari vloog ik terug naar Haïti. Met zware wind vlogen we van Amsterdam naar Philadelphia. Door de harde wind was het brandstofverbruik zodanig dat we een tussenlanding moesten maken in Maine om te tanken. Uiteindelijk brachten we 11 uur door in het vliegtuig voordat we in Philadelphia landden, waar mijn aansluiting inmiddels al vertrokken was. Er stonden al medewerkers klaar met nieuwe boardingpassen voor alle passagiers die hun aansluiting misliepen. Aangezien ik een lange tussenstop had in Miami, kon ik gewoon met de volgende vlucht naar Miami, waar ik (de rest van) de nacht op het vliegveld heb doorgebracht. De vlucht naar Port-au-Prince bleek ook vertraging te hebben, eveneens wegens slecht weer. Uiteindelijk stond ik met 2 uur vertraging weer buiten in de warmte van Port-au-Prince, waar mijn lift al (lang) op me stond te wachten.

De overgang tussen twee bekende werelden gaat automatisch. De poes verwelkomde me met een enthousiast gemiauw. De realiteit van minder gemakken en geen vanzelfsprekendheden deed zich gelijk weer op: er was geen drinkwater, het heeft al lange tijd niet geregend dus het waterreservoir voor huishoudelijk gebruik is ook bijna leeg en er was geen stroom.

De eerste week van januari werkte ik vanuit Nederland aan een verslag van al wat Church World Service de afgelopen anderhalf jaar in Haïti heeft ondernomen in samenwerking met onze partner organisaties. Dit verslag is op maandag 12 januari gedeeld met donateurs, partners en andere belangstellenden en ook gepubliceerd op de website van CWS (http://www.cwsglobal.org/newsroom/news-features/haiti-three-year-plan.html en http://www.cwsglobal.org/newsroom/news-features/cws-believes-in-haiti.html).

12 januari; 5 jaar na de aardbeving. Samen met mijn collega woonde ik een herdenkingsdienst bij, georganiseerd door MISSEH, net als CWS lid van ACT Alliance. Verschillende mensen spraken een woord, een koor van 68 leden zong prachtige liederen op een unieke manier; snel, langzaam, mannen en vrouwen door en om elkaar heen. Heel mooi. Een weduwe gaf een onvoorstelbare getuigenis. Ze was 12 januari 2010 vroeg thuis van haar werk, dankte bij thuiskomst voor de veilige thuiskomst van haar familie, vroeg haar man of hij ook iets vreemds rook en ging het dak op. Toen stortte het huis en de omliggende huizen in. Haar kind riep nog vanonder het puin, maar stierf uiteindelijk, evenals haar man en 2 nichten. Zelf heeft het haar anderhalf jaar gekost om haar armen en lichaam weer te kunnen gebruiken. En dan zo'n dankbaar getuigenis te kunnen geven, onvoorstelbaar. God geeft en neemt, Hij leent ons onze sterren, onze kinderen voor een tijdje, zei ze. Ik moest denken aan een oud-studiegenoot die pasgeleden haar zoon van anderhalf jaar heeft verloren aan een ziekte. Na de getuigenis volgde samenzang en gebed, specifiek voor weduwen, en vervolgens schriftlezing. Als tweede getuigenis sprak een jong meisje dat in een kindertehuis woont en daar ook was ten tijde van de aardbeving, waarbij 5 kinderen stierven en velen gewond raakten, ook zijzelf, aan arm en been. Ze heeft 3 maanden in het ziekenhuis gelegen. Na een gebed voor wezen kwam de derde getuigenis van een jonge vrouw die laboratoriumtechniek studeerde en lessen volgde toen het gebouw instortte. Om haar heen stierven docenten en leerlingen. Zelf werd ze levend onder het puin vandaan gehaald, maar wel moest haar arm geamputeerd worden. Er werd gebeden voor gehandicapten. De predikant preekte over hoop. De weduwe had gezegd dat ze na de aardbeving Psalm 100 in gedachten had, al begreep ze zelf niet waarom: een roep om vreugde. Van afstand volgde ik de zondag voor 12 januari een dienst in Drogeham, die eveneens over vreugde ging: Jezus geeft vreugde, het feest gaat door. Dat je daarom kunt bidden en het mag ontvangen na zo'n groot verlies, dat getuigt toch wel van enorm geloofsvertrouwen.

Het was goed om bij de aardbeving stil te staan, al zijn er mensen die zeggen dat er nog net zo gebouwd wordt als eerst en een volgende aardbeving net zoveel ellende weer zal veroorzaken (enkel organisaties en rijken respecteren bouw principes, maar de meeste mensen hebben geen geld voor goede constructies), hoewel het geen vraag is of er een volgende aardbeving komt, maar wanneer. Ik had contact met een vriend van de kerk, wiens moeder is gestorven na de aardbeving. Hij mist haar, maar we moeten het accepteren, zei hij. Accepteren en beter voorbereiden voor een volgende keer.

Hoewel 12 januari een dag is van rouw en vlaggen halfstok, is het eveneens de verjaardag van een collega. De eerste van een team van enkel dertigers die naar de 40 is overgestoken.

Na 12 januari in Port-au-Prince doorgebracht te hebben, vertrokken we dinsdag de 13e naar het Noordwesten. Het reisgezelschap bestond dit keer uit mijn collega die in november is begonnen, werkzaam op het gebied van kinderen, en een afgevaardigde van Free the Slaves, een organisatie die zich in Haïti inzet tegen het restavèk systeem. Via Gonaïves reden we naar Port-de-Paix, waar we aan het eind van de middag een gesprek hadden met MULAC. Een goed gesprek, met goede deelname van alle aanwezigen, die duidelijk toonden betrokken te zijn bij wat ze doen. MULAC telt 14.000 leden en is actief op velerlei gebied; mobiele klinieken, dieren fokkerij, zaaddistributie, transformatie van producten, herbebossing, gemeenschapsscholen, enz. Dit alles wordt bekostigd door bijdragen van de leden, die vooral landbouw als prioriteit noemden. Doel van de ontmoeting (en van de hele week) was om te kijken hoe we landbouw en voedselveiligheid programma's meer kunnen verbinden met kinderbescherming en het verminderen van kindslavernij. Na het gesprek reden we naar Jean Rabel, waar we de nacht doorbrachten.

De volgende ochtend begonnen we met een bijeenkomst in de nationale school van Grande Source, richting Mare Rouge. Daar hadden we een gesprek met MPMJR. Ook zij werken voornamelijk in landbouw en gaven aan dat er veel kinderen elders verblijven als restavèk/huishoudelijke hulp. Vandaar reden we naar La Reserve, om een bezoek te brengen aan ICEDNO, waar we spraken met docenten, ouders en leden. Tot op heden zijn er slechts 166 van de 252 leerlingen aanwezig; ouders hebben geen geld voor schoenen, uniformen of shirts. ICEDNO zou graag een microkredietprogramma opzetten om de ouders de mogelijkheid te bieden een handel te drijven. We kregen weer verhalen te horen waar je moedeloos van zou worden, zo ontzettend complex is het allemaal. Een vrouw met 6 kinderen, van wie er 3 niet bij haar wonen en ook niet naar school gaan. Ze durfde bijna niet te zeggen dat ze nu aan planning/anticonceptie doet, maar dat is juist goed om te noemen in een omgeving van grote gezinnen waar ouders de middelen niet hebben om zulke grote aantallen kinderen te onderhouden. Een docent vertelde over zijn broer die 4 kinderen elders heeft wonen. De docent heeft er twee van meegenomen en ingeschreven bij ICEDNO. Een andere docent sprak over haar zieke zwager, wiens kind niet naar school kan omdat hij geen schoenen heeft, geen uniform maar ook geen ander shirt. De watertanks zijn leeg; het regent niet. De ouders willen hun kinderen niet wegsturen, zeiden ze, maar ze zien geen keus.

Van La Reserve reden we naar corporatie KPPG in Ti Rivyè Glasy, waar we spraken over school, kinderen, landbouw, water. Ze hebben nu een mooi systeem voor water met een pomp en een opslagtank. Een mooi citaat: "KPPG is als een boom die schaduw biedt in Ti Rivyè Glasy." Het is opmerkelijk: elke keer als we daar komen, zeggen ze dat het bijna nooit regent en elke keer als ik er ben, begint het prompt te regenen. Zo ook nu weer, harde regen. Ze zeiden dat ik maar elke maand moet komen om de zegen van regen te brengen... Door de regen liepen we naar de groentetuin die pas is aangelegd met een irrigatiesysteem. Het ziet er mooi uit en de groente groeit goed. We kregen een visje en gebakken banaan te eten, wat welkom was, aangezien eten schaars is in de omgeving van Jean Rabel en we de hele dag nog niets gegeten hadden.

Met lichte regen vertrokken we. De weg was gelijk glad en modderig geworden. Een hele mooie regenboog stond aan de lucht; het regende en de zon scheen. De waterstromen die we moesten oversteken, waren gelijk in hoge, woeste rivieren veranderd. Bij een van de waterstromen gleed degene die voor ons reed achteruit en met moeite kwam hij de helling op. Ik wachtte totdat hij boven was en ging er toen achteraan, flink sturend en zonder problemen (maar wel met vierwielaandrijving) het water door en de gladde helling op. Ik was geconcentreerd op de weg, maar aan de andere oever zag ik het gezicht van een wachtende motorrijder: zijn gezicht was een grote grijns van oor tot oor. De hele weg werd er naar me gewezen: een vrouw achter het stuur, nog steeds een bezienswaardigheid.

We vervolgden onze weg naar corporatie KABM in Corail. Het gebrekkige eten had zijn uitwerking op mijn medereizigers en mij (lees: buikproblemen en diarree), dus ik vroeg of de school (bij de corporatie) een latrine heeft. Die was er, maar misschien niet comfortabel, zeiden ze. Zolang er een gat in de grond zit, is het wat mij betreft comfortabel genoeg. Ik schrijf niet zo vaak over de basisbehoefte van toiletten, maar als het moet zou ik er een boek over vol kunnen schrijven wat we daarmee beleefd hebben. Toen mijn medereizigers onderweg een toilet nodig hadden, vroegen we bij een willekeurig huis of ze ook een latrine hadden waar we gebruik van konden maken. We hebben in niet afgebouwde latrines zonder deur gezeten onder toezicht van een kudde kinderen, achter cactussen waarbij de naalden in onze benen staken, boven emmers gehangen en noem maar op. Maar goed; KABM. Ook daar spraken we over kinderen, restavèk, school en vertelden ze over de corporatie om mijn medereizigers een idee te geven wat dat inhoudt, aangezien het hun eerste bezoek was hier.

We sliepen wederom in Jean Rabel, vanwaar we donderdagochtend naar Lacoma reden. ICEDNO is ook daar actief, dus eerst bezochten we een gemeenschapsschool in Kafe Paul, Guinaudee. Na de aardbeving is deze school begonnen in een kerk, om de kinderen in school te houden die uit Port-au-Prince waren gekomen en ook voor kinderen die niet naar school gingen en voor restavèk kinderen. Ook hier is microkrediet tot grote hulp voor ouders.

Vandaar ging het naar Morne Ronde bij Cabaret, naar een andere gemeenschapsschool: Maranatha. Inmiddels was de school begonnen, dus we bezochten alle klassen, die gescheiden worden door schoolborden. Achter de school zijn een aantal klassen bijgebouwd onder een stuk golfplaat en zeildoek. In de jongste klas zaten de kleinsten achter hun banken met leitjes voor zich. Ik moest denken aan het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen, waar deze banken en leitjes als museumstukken worden gepresenteerd. Hier hebben de kinderen ook vandaag nog een krijtje in handen en oefenen letters op hun leitjes. De school, opgericht in 1987, telt 180 kinderen, van wie 70 restavèk, gekomen na de aardbeving. Ouders hebben veel kinderen en geen geld voor kleren, schoenen of schoolgeld, dus veel kinderen gaan niet naar school. Verbijsterend: het schoolgeld bedraagt slechts 300 gourdes per jaar, oftewel ongeveer 5 euro, maar nog kunnen ouders dit niet bijeen brengen. De docenten krijgen niet betaald. Een van mijn reisgenoten zei: "Gemeenschapsscholen zijn vol problemen." Dat is duidelijk.

Bij een gezin dat vlak naast de school woont, is in december een waterreservoir gebouwd door onze partnerorganisatie ADRUH, dus dat hebben we ook gelijk bekeken, inclusief de groentetuin die erbij wordt aangelegd. Vervolgens reden we naar Lacoma, voor een gesprek met JCA: Jonge Lacoma-ers in Actie, ook lid van ICEDNO. Ze vertelden ons over mensen die kinderen verkopen in Saint Louis du Nord en kinderen die uit Lacoma naar de Dominicaanse Republiek en elders worden gezonden. JCA is een plaatselijke organisatie die microkredieten verstrekt, een stukje betonweg heeft aangelegd in het dorp, cassave maakt (ze hebben ons de persen en apparatuur laten zien en de cassave laten proeven). Iemand vertelde over een kind dat bij een ander gezin woont als restavèk/huishoudelijke hulp/kindslaaf en elke dag de vuile vaat van tafel moet halen. Op een dag lag er nog wat eten op een van de borden, wat het kind opat omdat hij zelf nauwelijks te eten kreeg. Voor straf werd zijn hand in een houtskool vuur gehouden waar eten op bereid wordt om z'n hand te verbranden en zo te laten zien dat hij een dief is. Veel ouders hebben kinderen die ergens anders wonen, veelal met het oog op onderwijs, hoewel de meesten uiteindelijk huishoudelijk werk doen en niet naar school gaan. Verbeterde landbouw helpt om de kinderen thuis te houden, zeiden ze. Na afloop van het gesprek liepen we naar buiten, waar een grote groentetuin is aangelegd. Ook hier heeft ADRUH in december een waterreservoir gebouwd, dat nu al goed gebruikt wordt. Ze hebben de tank via buizen verbonden aan een publiek watersysteem waar zo nu en dan water gegeven wordt en vervolgens kan het water vanuit de tank via een ondergronds buizensysteem naar de tuin geleid worden. Heel mooi.

Aansluitend bezochten we ADRUH, eveneens in Lacoma. Het team ontving ons zoals gewoonlijk in de openlucht in de schaduw van de bomen, waar ze mijn medereizigers vertelden over de historie en visie van ADRUH. Ook hier spraken we over de situatie van kinderen en ook hier vertelden ze dat kinderen verkocht worden naar de Dominicaanse Republiek. Een onvatbare realiteit. De landbouwtechnici namen ons mee voor een bezoek aan deelnemers van het programma in Guillette, bij wie een waterreservoir is gebouwd en een groentetuin aangelegd. De tomaten die vorige keer nog in teilen groeiden, zijn nu uitgeplant op het land.

In de loop van de middag vertrokken we naar Port-de-Paix, waar we eerst een afgevaardigde van de organisatie Restavèk Freedom Foundation ontmoetten, die ons vervolgens vergezelde bij een bezoek aan Espwa pou Timoun Abandone Ayiti, oftewel Hoop voor Verlaten Kinderen in Haïti . Een mooi initiatief, het is bemoedigend te zien dat jongelui een behoefte zien en erkennen in hun gemeenschap en hun kennis en middelen samenbrengen om er iets aan te doen. In dit geval gaat het om een groep die in 2010 is begonnen met het begeleiden van kinderen die ze op straat aantroffen en die in miserabele omstandigheden wonen. Ze hebben hun ouders ontmoet, betalen schoolgeld voor een aantal kinderen, geven training, werken met docenten, verzorgen muziekcursussen en richten zich ook op anticonceptie/familie planning. Om de ouders in staat te stellen in hun levensonderhoud te voorzien, zouden ze hen graag de mogelijkheid bieden een handel op te zetten. Al hun activiteiten worden betaald door bijdragen van vrienden en zichzelf. Ze hebben ook kindertehuizen bezocht, maar daar geloven ze niet in; het maakt kinderen afhankelijk en lui, zeiden ze. Bovendien gaat het hier veelal niet om wezen (hoewel de huizen onterecht 'weeshuizen' genoemd worden) maar om kinderen wiens ouders niet voor hun kunnen zorgen. Beter dus om een manier te zoeken voor de ouders om wel voor hun kinderen te kunnen zorgen en in hun levensonderhoud te voorzien. Ook hier hoorden we weer over kinderen die verkocht worden om gedwongen arbeid te verrichten in de Dominicaanse Republiek.

Een week van ontmoetingen, gesprekken, situaties, omstandigheden en werkelijkheden die raken en erin hakken. Bemoedigende initiatieven en een motivatie voor ons om meer te werken op en in dit gebied, hoewel het tegelijk zo ontzettend complex is en er zoveel meer is dat moet gebeuren.

We brachten de nacht door in La Pointe, om vrijdag de 16e terug te keren naar Port-au-Prince, via Chansolme, Bassin Bleu, Gros Morne, Gonaïves, Saint Marc. Op diezelfde dag is een nieuwe minister president ingehuldigd, Evans Paul, hoewel de protesten, demonstraties en politieke onrust blijven bestaan.

  • 28 Januari 2015 - 11:05

    Jefa:

    Hey Tijger!!

    Mooi en indrukwekkend verhaal!
    Poepen met een schare kinderen om je heen..... Nooit van jou gedacht.
    Zo cool he, jij lekker de berg op rijden. Stiekem best wel beetje stoer.
    We wensen je veel wijsheid en sterkte toe in alles wat je meemaakt en hoort!

    Liefs en een dikke sandwichknuffel,

    Je figuranten.

    Ps: Waar is de foto van jou alleen op ski's?

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Margot

Micha 6:8 Hij heeft u bekendgemaakt, o mens, wat goed is en wat de HEERE van u vraagt: niet anders dan recht te doen en getrouwheid lief te hebben, en ootmoedig te wandelen met uw God.

Actief sinds 20 Maart 2008
Verslag gelezen: 989
Totaal aantal bezoekers 589437

Voorgaande reizen:

12 April 2008 - 30 November -0001

Mijn eerste reis

Landen bezocht: